Het aantal zware ongevallen op plaatsen met flitspalen is fors gedaald, zo blijkt uit een evaluatie.
Het aantal zware ongevallen op plaatsen met flitspalen is met 60 procent gedaald. Dat blijkt uit een evaluatie in opdracht van Vlaams minister van Mobiliteit Hilde Crevits (CD&V). De lokale politie stelt de flitspalen op gewestwegen slechts in een beperkt aantal gevallen ter discussie.
Crevits had begin september forse kritiek gekregen op haar flitspalenbeleid. De politievakbond NSVP beweerde dat twintig procent van de flitspalen op een verkeerde plaats staat. Daarop bestelde de minister een grondige evaluatie van de 625 plaatsen waar flitspalen staan, samen goed voor 1.400 flitspalen.
Op basis van de eerste resultaten van de evaluatie meldde Crevits dinsdag dat minder dan twee procent van de flitspalen door de lokale politie in vraag wordt gesteld. Het nut van de betrokken palen wordt volgens haar slechts in 1,9 procent van de gevallen door de politie betwijfelt.
Effect flitspalen
Uit de eerste resultaten blijkt voorts dat de flitspalen een groot effect hebben. Zo is volgens Crevits het aantal letselongevallen op plaatsen met flitspalen gehalveerd, terwijl het globaal aantal letselongevallen sinds 2002 met nog geen vijfde is gedaald.
Het aantal ongevallen met zwaargewonden en doden op plaatsen met flitspalen viel volgens de minister zelfs met zestig procent terug.
De evaluatie brengt echter ook pijnpunten aan het licht. Zo is het plaatsen van nieuwe flitspalen soms gebeurd op basis van verouderde ongevallencijfers of op plaatsen waar de wegsituatie intussen veranderd was.
Daarom wordt de toewijzingsprocedure bijgestuurd. Zo moeten aanvragen voortaan door de politie en de lokale overheid samen worden ingediend en krijgt de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) een zitje in de taskforce. Dat moet het draagvlak bij de lokale partners vergroten.
