Euthanasie-expert Wim Distelmans: ‘Marc Cosyns ging uit de bocht op proces Ivo Poppe’

Wim Distelmans. © BelgaImage
Simon Demeulemeester

‘Marc Cosyns laat uitschijnen alsof n’importe qui rondliep met luchtspuiten om levensbeëindiging zonder verzoek toe te dienen. Dat is natuurlijk van de pot gerukt.’ Dat zegt dokter Wim Distelmans deze week in een uitgebreid interview in Knack.

Cosyns had naar aanleiding van de rechtszaak tegen verpleger Ivo Poppe gesteld dat er ‘in België nog altijd bijna 1000 leven per jaar worden beëindigd zonder verzoek’, en dat het in de meeste gevallen door verpleegkundigen gebeurt. Cosyns schaadt volgens Distelmans de zaak waarvoor hij vecht: ‘Ik heb altijd respect gehad voor wat Marc Cosyns doet, maar van zijn recente verklaringen wil ik me distantiëren. (…) Hij heeft het ook al eens bestaan, tijdens de parlementaire hoorzitting rond de uitbreiding van de euthanasiewet, om te zeggen dat hij geen registratiedocumenten meer doorstuurt naar onze commissie. Ik begrijp dat niet.’

Palliatieve sedatie zit in hetzelfde juridische vacuüm als euthanasie voor de euthanasiewet. Het kan in een noodsituatie. Punt

Uw collega dokter Marc Cosyns zei op het proces tegen Poppe dat er in België nog altijd bijna 1000 levens per jaar worden beëindigd zonder verzoek. In de meeste gevallen zouden verpleegkundigen het doen. Klopt dat?

Distelmans: Vóór de euthanasiewet er was, hebben wij uiteraard ook soms levensbeëindiging uitgevoerd zonder dat de patiënt dat vroeg – voor de goede orde: dat is geen euthanasie, want dat kan enkel op verzoek van de patiënt. Wij deden dat simpelweg omdat de patiënt niet meer kon communiceren. Dat was dan de befaamde noodsituatie, de enige juridische grond waarop wij ons voor de wet konden beroepen, en die wachtte niet op de wet om zich voor te doen. Maar collega Cosyns gaat uit de bocht door te laten uitschijnen alsof n’importe qui rondliep met luchtspuiten om levensbeëindiging zonder verzoek toe te dienen. Dat is natuurlijk van de pot gerukt. Wanneer ik zeg dat ‘wij’ ook voor de euthanasiewet aan levensbeëindiging deden, dan bedoel ik artsen. Artsen met name die met de rug tegen de muur stonden. Hun beslissing was altijd weloverwogen en medisch goed geargumenteerd. Als er een verpleegkundige bij betrokken was, dan was dat louter om technische bijstand te verlenen, bijvoorbeeld door een infuus aan te leggen. Het is ondenkbaar dat verpleegkundigen op eigen houtje een euthanaticum zouden toedienen.

Uw collega’s maken het u niet makkelijk in de strijd voor een wettelijk kader rond palliatieve sedatie.

Distelmans: Je vrienden maken het je soms moeilijker dan je ergste vijanden. (lacht) Ik heb altijd respect gehad voor wat Marc Cosyns doet, maar van zijn recente verklaringen wil ik me distantiëren. Als hij zegt dat we de euthanasiewet niet meer nodig hebben en dat het uitsluitend een zaak is tussen arts en patiënt, doet hij de zaak meer kwaad dan goed. In feite zegt hij daarmee dat we terug moeten naar de tijd van vóór de euthanasiewet. Zonder die wet zullen artsen weer in hun schulp kruipen, want bij een eventuele klacht kun je je juridisch alleen verdedigen door je te beroepen op dat interpreteerbare begrip ‘noodsituatie’. Cosyns heeft het ook al eens bestaan, tijdens de parlementaire hoorzitting rond de uitbreiding van de euthanasiewet, om te zeggen dat hij geen registratiedocumenten meer doorstuurt naar onze commissie. (zucht) Ik begrijp dat niet. Ook al is ze niet perfect, wij mogen echt wel onze handjes kussen met onze wet. Waarom zou je ze dan ondergraven?

Distelmans pleit in het interview ook nadrukkelijk voor een wetgevend kader voor palliatieve sedatie. ‘Palliatieve sedatie zit in hetzelfde juridische vacuüm als euthanasie voor de euthanasiewet. Het kan in een noodsituatie. Punt. Dat is het enige waarop een arts zich kan beroepen wanneer er een klacht komt. Met een eenvoudige registratie kun je al veel verbeteren: welke producten gebruik je het best en, vooral belangrijk voor de nabestaanden, werden ze geïnformeerd en waarom is de beslissing genomen? In een volgende stap kun je dan een juridisch kader scheppen.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content