Eigenaar van Gents kraakpand pleit voor meer menselijkheid: ‘Mensen hebben geen manieren meer’

'Zo'n bericht op Facebook plaatsen, dat zouden we vandaag niet meer doen.' © Carmen De Vos

Na een verblijf in Vietnam en een rel over zijn gekraakte huis is Pol De Roo terug in het land. ‘Het begon met een Facebookbericht en het eindigde in het parlement’.

7 MAART 2017

Twee Roma-families kraken een huis in de Holstraat in Gent. De eigenaars wonen op dat moment in Vietnam en doen een oproep via Facebook.

Een bel is er nog niet, had Pol De Roo gezegd. ‘Roep eens als je er bent, dan kom ik naar beneden.’ Op de mosgroene voordeur van zijn huis in de Gentse Holstraat hangt een naamplaatje. Dr. Pol De Roo. Rond het glimmende slot zie ik een paar flinke krassen: sporen van inbraak.

‘Welkom in ons kraakpand’, zegt De Roo wanneer hij de deur openzwaait. ‘Let niet op de rommel, het is hier een bouwwerf.’

In de hal staat een wasmachine in winkelverpakking. Ernaast ligt een slappe voetbal. Een piramide van kartonnen dozen vult de ruimte. De Roo gaat me voor. De vloer van de benedenverdieping is bezaaid met zakken kalk. Op de houten trap kronkelt een elektriciteitsdraad door het stof. Siliconenspuiten, hamers, emmers vol troebel water. ‘Het wordt een totale make-over’, zegt hij wanneer we de tweede verdieping van het herenhuis hebben bereikt. ‘Van boven tot onderen.’

‘Sinds wanneer zijn jullie terug in Gent?’

‘Juni. Iets vroeger dan gepland, maar na alles wat er dit voorjaar gebeurd is, wilden we ons huis niet langer leeg laten staan.’

***

Met zachte stem vertelt De Roo over de drie jaar dat hij samen met zijn vrouw, Sarah Braeye, en hun dochter Lola in Vietnam heeft gewoond. Braeye werkte er voor de vzw Vlaamse Vereniging voor Ontwikkelingssamenwerking, in het onderwijs. De Roo keek er naar wat anders is. ‘De verschillen zijn enorm, je kunt je dat echt niet voorstellen. Wij zaten daar in de omgekeerde positie als de Roma hier: wij waren de vreemdelingen. Bevoorrechte vreemdelingen, moet ik wel zeggen, als westerlingen.’

De ranzigheid van de bange blanke Vlaming was erger dan de rommel van de Roma.

Alles ging goed.Tot 7 maart. Die dag kregen De Roo en Braeye een e-mail van een vrouw uit Gent. Of ze wisten dat er sinds enkele weken een tiental Roma-zigeuners in hun huis woonde? En dat die, afgaand op het ‘gehamer en getimmer’, alles aan het verbouwen waren?

‘We hebben dit huis in december 2016 gekocht’, zegt De Roo. ‘Op dat moment zaten we in Vietnam, maar we wilden het koste wat het kost. Goede ligging, grote kamers, faire prijs. Een vriend heeft alles voor ons geregeld.’

Hij hing zelfs een naamplaatje op. ‘Een grapje. Ik ben in 2015 gepromoveerd tot doctor in de politieke wetenschappen, met een proefschrift over de geschiedenis van “het migrantenprobleem” in België. Hang dat plaatje maar op, zei ik, dan is de kans op kraken kleiner. Ik wist ook wel dat ik een risico nam door het huis onbewoond te laten. In Gent wordt er geregeld gekraakt. Net daarom had ik alle ramen op de benedenverdieping met osb-platen laten dichtmaken.’

Eind februari gebeurde het toch. Twee Roemeense Roma-families nestelden zich in het huis met het naamplaatje van Dr. Pol De Roo. Zes volwassenen, vijf kinderen en een hond. Ze braken de voordeur open, installeerden hun matrassen en dekens, kookten spaghetti in de keuken. Een Kosovaarse tussenpersoon, aan wie ze naar eigen zeggen 150 euro huur betaalden, zou hen daarbij hebben geholpen.

Na de e-mail van de buurvrouw alarmeerde De Roo eerst de politie, dan het stadsbestuur. De reactie was gelijk. ‘Het spijt ons, meneer, wij kunnen er niets aan doen.’ Verontwaardigd plaatste Braeye een post op Facebook. ‘Sinds enkele weken zitten 11 Roma in ons huis. Ze hebben het gekraakt, maken gebruik van elektriciteit, gas en water op onze kosten en strippen het huis, alsook het aanwezige meubilair.’

‘Dat zouden we nu nooit meer doen’, zegt De Roo. ‘Maar we wisten ons geen raad en vreesden dat ons huis gesloopt werd.’

***

Een pletwals kwam op gang. Publiek, pers, politiek, iedereen had opeens een mening over de krakers in de Holstraat. De mosgroene voordeur was haast dagelijks in het nieuws te zien. ‘Koppel krijgt krakers niet uit eigen huis’, kopten de kranten.

‘Draai de publieke opinie zoveel u wil, ik kan niet optreden’, reageerde burgemeester Daniël Termont (SP.A). ‘Als het niet om een bemeubeld pand gaat, kan het misdrijf “woonstschennis” niet worden weerhouden. En als het huis niet onbewoonbaar is, kan ik ze niet laten uitzetten.’

De stem van het volk was minder genuanceerd. Enkele dagen na de eerste schreven De Roo en Braeye een tweede Facebookpost. ‘We betreuren de groeiende haat in onze samenleving en vragen de Gentse politie om de Roma te beschermen.’

'Onbegrijpelijk dat West-Europa er niet in slaagt om de Roma op te vangen.'
‘Onbegrijpelijk dat West-Europa er niet in slaagt om de Roma op te vangen.’© Carmen De Vos

‘In een paar dagen tijd hebben we meer dan 2000 reacties gekregen’, zegt De Roo vandaag. ‘Het grootste deel gaf vreselijk af op ‘die vuile zigeuners’. Die ranzigheid van de bange blanke Vlaming vond ik afschuwelijk. Als de sociale media het bindmiddel van de samenleving zijn geworden, dan geeft dit te denken over de toekomst. Het verhaal was veel complexer dan “vreemdelingen bezetten het huis van een koppel op vakantie”. Het ging om eigendom- en woonrecht, leegstandtaks en de moeilijke integratie van Oost-Europese bevolkingsgroepen. Maar aan de meeste mensen ging dat allemaal voorbij.’

Eind maart verlieten de Roma-families het huis. Vrijwillig, na een eenzijdig verzoekschrift van de rechtbank van eerste aanleg. De schade bleek kleiner dan gedacht.

‘Mijn twee volwassen zonen, die in Gent waren achter-gebleven, hebben alles opgeruimd’, zegt De Roo. ‘Een vriend heeft een nieuw slot op de voordeur laten zetten. En wij hebben de rekeningen van elektriciteit, gas en water betaald. Plus de gerechtskosten en die van onze advocaat. We waren vooral tevreden dat ze vertrokken waren. Maar eigenlijk is dit nogal een banale aangelegenheid, vind je niet? Laten we praten over wat echt belangrijk is.’

***

Begin juli werden twee woningen in de Proveniersstraat gekraakt. Opnieuw in Gent, opnieuw door Roma.

Na berichten over lijm, aanstekergas en terpentijn snuivende Roma-kinderen in het Baudelopark kwam begin november ineens een huis op het Stapelplein in de schijnwerpers te staan. Op een maandagochtend, ‘na een weekendje aan zee’, ontdekte de huurder dat zijn huis door Roma’s werd gekraakt. Politie en parket uitten vermoedens van leegstand. De krakers kregen niettemin bezoek van een knokploeg, Bengaals vuur en honkbalknuppels incluis.

De Roo keek er met stijgende verbazing naar. ‘Steeds meer mensen hebben gewoon geen manieren meer’, zegt hij. ‘Uiteraard heb je veel nuances, maar “de” Vlaming, wie dat ook mag zijn, is volgens mij tegen alles wat naar vreemdelingen ruikt. En let op, mijn intellectuele vrienden laten zich niet veel milder uit dan de mensen die ons op sociale media platvloerse berichten stuurden. Als je daartegenover ziet wat wij van vreemdelingen verwachten als ze naar hier komen, de normen en waarden die we hen middels inburgeringscursussen opleggen: het is van een ongeziene hypocrisie.’

Ook de politieke reactie op het kraken van zijn huis verwonderde De Roo. Nergens, ook niet in de media, hoorde hij hoe het precies in elkaar zat. ‘Waarom legt men dat niet behoorlijk uit? Banale aangelegenheden zoals “het kraken van je eigendom” zijn voor veel mensen herkenbaar. Dat zijn nu net zaken die de kloof tussen de burger en de politiek kunnen verkleinen.’

Bovendien, zegt De Roo, zijn we al meer dan vijftig jaar met integratie bezig en weet nog altijd niemand hoe we ermee moeten omgaan. ‘In deze tijden, waarin nogal wat zekerheden op losse schroeven zijn komen te staan, bieden de vreemdelingen paradoxaal genoeg een houvast. Op hen projecteren wij alle problemen die het samenleven vandaag zo moeilijk maken. Vanuit elementair humaan oogpunt is het onbegrijpelijk dat een stad zoals Gent, een land zoals België of een regio zoals West-Europa er niet in slaagt om groepen mensen zoals de Roma, die nota bene deel uitmaken van de Europese Unie, op te vangen en onderdak te bieden. Dáár gaat dit hele geval om.’

De bijgestelde kraakwet is simpelweg een drogwet. Gorillaretoriek van politici

Pascal Debruyne, UGent

***

De stad Gent zegt te doen wat ze kan, ‘maar we kunnen het niet alleen’.

‘Dit is een probleem dat op verschillende niveaus moet worden aangepakt’, zegt Lieve Krobea, juriste en kabinetsattaché van burgemeester Daniël Termont. ‘Het verblijfsstatuut van EU-burgers, zoals de Roma, is Europese materie met een federale invulling. Daar hebben wij als stad weinig invloed op. Nieuwkomers uit jonge Europese lidstaten zoals Roemenië, Slowakije en Bulgarije, die vluchten voor de werkloosheid of discriminatie in hun land, kunnen geen aanspraak maken op een leefloon. We begeleiden hen zo goed mogelijk, met onder meer alternatieve woonvormen, maar ook introductie tot werk.’

Begin november werd in het Staatsblad een nieuwe kraakwet gepubliceerd. Na de rel rond het huis van De Roo en Braeye kwam het wetsvoorstel van de meerderheidspartijen in een stroomversnelling. ‘Met deze maatregel krijgen eigenaars meer rechtszekerheid tegen kwaadwillige krakers’, zei justitieminister Koen Geens (CD&V) in de kranten. ‘Deze bescherming bestond reeds indien het pand bewoond was, maar was minder duidelijk indien het pand niet gebruikt werd.’

De nieuwe kraakwet zal volgens Krobea voor een afschrikeffect zorgen. ‘Het parket blijft aan zet, niet de burgemeester. Maar bij het kraken van een actief bewoond pand – wat de voorbije jaren voor alle duidelijkheid amper is gebeurd – kan de politie voortaan onmiddellijk tussenbeide komen. Mensen kunnen dus met een gerust hart op weekend naar zee.’

Het aantal gekraakte panden in Gent daalde van 159 in december 2016 naar een vijftigtal een jaar later. ‘Mogelijke redenen zijn de optimalisering van het registratiesysteem, het vermoeden dat een deel van de doelgroep niet langer durft te kraken, en een aantal gezinnen dat eindelijk is gaan huren’, zegt Marieke Lamaire van de Gentse buurtstewards, die onder meer Slowaakse, Bulgaarse en Roemeense gezinnen begeleiden naar de juiste dienst- en hulpverlening. ‘Maar de situatie blijft precair.’ De solidariteit met de Roma’s is klein, dat ondervindt ze al jaren. ‘Ze zijn misschien minder aaibaar dan vluchtelingen van buiten de EU, maar naar mijn aanvoelen gaat het helemaal niet om agressieve mensen. Ze willen niet liever dan huren, maar voor hen is dat bijzonder moeilijk. Het is heel duur geworden om te huren in Gent, en de concurrentie is groot.’

***

Een koele minnaar van de bijgestelde kraakwet is Pascal Debruyne, onderzoeker aan de vakgroep Conflict & Development Studies van de UGent en beleidsmedewerker Integratie bij Vluchtelingenwerk Vlaanderen. ‘Het is simpelweg een drogwet’, zegt hij. ‘Gorillaretoriek van politici die zichzelf op de borst slaan. De termijn van ontzetting is een beetje ingekort, maar het zal nog altijd weken duren. En net zoals bij de GAS-boetes zal de overheid hier zelf meer mee in de kosten komen dan dat ze iets structureels zullen verbeteren. Ze stellen mensen zonder geld strafbaar. Wie zal de gerechtskosten dragen? Terwijl je gewoon met een groep mensen zit die hulp nodig heeft. De vraag blijft ook hoeveel deze wet in de feiten toegepast zal worden bij onbewoonde panden. De procureurs des Konings geven zelf aan dat ze dit geen prioriteit van strafvervolging vinden.’

Veel families springen al tien jaar op en af de onderste sport van de sociale ladder, van de tijdelijke opvang weer naar de straat en omgekeerd. Maak daar alsjeblieft een einde aan

Wat huisvredebreuk en inbraak bij bewoonde panden betreft, zegt Debruyne, is het simpel: direct ontruimen. Maar het zogenaamde ‘vakantiekraken’ is hoogst uitzonderlijk. ‘De laatste vijftien jaar heb ik het een paar keer gezien, meestal met schimmige tussenfiguren die mensen uitbuiten of bedriegen. Maar in de meeste gevallen gaat het om fake news.’

Debruyne heeft genoeg van de ad-hocoplossingen. Al jaren is hij ervan overtuigd dat de overheid de gaten in het sociale vangnet moet dichtmaken. ‘Veel families springen al tien jaar op en af de onderste sport van de sociale ladder, van de tijdelijke opvang weer naar de straat en omgekeerd. Maak daar alsjeblieft een einde aan. Zet in op doorstroomwoningen, woonexperimenten die tijdelijk stabiliteit bieden, en een crisisopvang waar je aan oriëntatie kunt werken met gezinnen zonder toekomstplan. De problematiek is erg gelaagd. De oplossingen dus ook. Al maakt men er graag een plaatje van alsof dit allemaal dezelfde gezinnen zijn.’

Ik zeg dat 2017 ‘het jaar van de kraak’ leek in Gent. Debruyne nuanceert meteen. ‘De kraakproblematiek rond die kwetsbare groep mensen is al zeventien jaar bezig.’ Maar onmiskenbaar zag ook hij de afgelopen maanden een opstoot.’Een heleboel factoren werkten dit jaar op elkaar in. De woonmarkt is verzadigd, de huurprijzen stijgen, nieuwe migratiegolven vallen samen met een groeiende groep autochtone Gentenaars die uit de boot vallen, de nachtopvang slibt dicht en is niet aangepast aan gezinnen, psychiatrische instellingen bouwen hun beddenaanbod sterk af, en er komen te weinig sociale woningen bij. Door al die redenen neemt het aantal noodoplossingen zoals kraken toe.’

De vraag is dan waarom het vaak om Roma-families gaat. ‘Andere groepen zoals alcoholverslaafden of arme jongeren blijven makkelijker onder de radar. We zien bij veel Roma’s een terugkerend verhaal. Meestal hebben ze hier in het legale circuit gewerkt, maar zijn ze door een tegenslag of door de crisis hun job kwijtgeraakt. Ze maken geen aanspraak op een uitkering, ook al hebben ze hier een gezin. Ze belanden op straat en worden niet opgepikt door de sociale hulpverleningsdiensten. Het is geen exclusief Gents probleem. In Brussel is de situatie nog schrijnender. Maar daar is er meer marge voor woonexperimenten. Het idee is housing first: je hebt eerst stabiele huisvesting nodig, dan kun je aan de integratie werken. In Antwerpen is de Roma-gemeenschap kleiner, en tegelijk is de huizenmarkt voor goedkope woningen er groter. Een uitgesproken probleem is wel overbewoning in heel slechte woningen.’

***

Op de tweede verdieping van het huis in de Holstraat stopt de zevenjarige Lola haar vader een tekening onder de neus. Pol De Roo zegt nog dat zijn vrouw aan het werk is. Na hun terugkeer uit Azië ging ze aan de slag op de Arteveldehogeschool. Binnenkort vliegt het koppel terug naar Hanoi. De Roo wil er vrienden bezoeken en een documentaire afwerken. Over wat in Vietnam ‘verbeelding’ betekent, en wat de Vietnamezen zich bij ‘vooruitgang’ voorstellen in deze bliksemsnel groeiende economie. En daarna verder verbouwen? ‘Langzaamaan. We hebben geen haast.’

En dat naamplaatje?

‘Dat laat ik hangen. Bij wijze van aandenken.’

Partner Content