Een op de tien oproepen naar huisartsenwachtpost fout ingeschat

(Belga) De toestand van patiënten die mogelijk met een hartfalen kampen, wordt door de onthaalmedewerker van een wachtpost regelmatig onderschat. “Dat kan zware gevolgen hebben voor de patiënt”, zegt Philip Vandevelde, coördinator van de Brugse wachtpost, vandaag in De Standaard.

De vaststelling komt uit een onderzoek van de Universiteit Antwerpen bij de huisartsenwachtpost van Brugge. De onthaalmedewerkers hielden er een jaar lang bij hoe urgent ze de klachten inschatten van de patiënten die ze aan de lijn kregen. Dat werd vergeleken met hoe de huisarts de patiënt na zijn onderzoek beoordeelde. De ernst van één op de tien oproepen die binnenkomen, wordt onderschat door de onthaalmedewerker. “In 72 van de 5.500 gevallen gaven de artsen aan dat de toestand van de patiënt levensbedreigend of spoedeisend was. Maar geen van die dringende 72 gevallen hebben de secretaresses herkend. De oproepen konden volgens hen enkele uren wachten of zouden binnen routineoproepen vallen”, zegt onderzoeker Jonathan Van Bergen. De onthaalmedewerkers onderschatten het vaakst klachten die op banale problemen kunnen wijzen, maar evengoed op een hartinfarct of een bloedklonter in de long: kortademigheid en pijn aan de borst. “De secretaresse van de wachtpost komt als eerste in contact met de patiënt en we moeten afgaan op de informatie die we van haar krijgen”, reageert de coördinator van de Brugse wachtpost. “Op basis daarvan beslissen we bij welke patiënt we het eerst op huisbezoek gaan. En soms ook dat we meteen een ambulance bellen. Een verkeerde inschatting kan dus zware gevolgen hebben.” Van Bergen pleit voor een speciale opleiding voor het onthaalpersoneel. (ANA)