Ludo Bekkers

Een café op ’t Schoon Verdiep?

Ludo Bekkers Kunst- en fotografierecensent

Antwerpen wil met de verkiezing van ‘het schoonste gebouw’ haar patrimonium in de bloemetjes zetten. Diezelfde stad Antwerpen verkoopt echter al jaren erfgoed aan projectontwikkelaars die daarmee hun vrije gang gaan.

Op park Spoor Noord, een nieuw gecreëerd uitgestrekt recreatiedomein in een volkse buurt in Antwerpen, staan wat verloren vijf dubbelzijdige panelen met tien foto’s van “schone” gebouwen die nog niet zo lang geleden gerestaureerd werden en een nieuwe bestemming kregen. Het is de bedoeling dat de Antwerpenaren, naast een aantal specialisten in monumentenzorg, een keuze maken uit deze shortlist voor het “schoonste” gebouw.

De winnaar kan dan rekenen op een geldprijs van 4.000 euro. De tien gebouwen werden al gefilterd door een jury van experten ter zake. Wie in de longlist voorkwam komen we niet te weten maar de geselecteerde gebouwen zijn zeer heterogeen zowel qua oorsprong als architectuur. Naast het Koninklijk Atheneum vinden we het restaurant “Mon” aan de kaaien, het grootwarenhuis Innovation, vanaf 1901 gekend als “Maison Tiedts”, aan de Meir of de woning van Cornelis Floris (de Vriendt) in de Everdijstraat, een beeldhouwer, architect en ontwerprer uit de 16e eeuw en o.m. ook de Valkeniersnatie uit 1817 gerestaureerd en gerenoveerd door het bureau Robbrecht/Daem en nu geïntegreerd in de Katoennatie. Behalve het vroegere Koninklijk Paleis aan de Meir (enkele jaren I.C.C.) zijn alle gebouwen privébezit.

Trotse inwoners

Een café op ’t Schoon Verdiep? Het kritische oog voor het Antwerpse erfgoed werd met het wegzenden van de stadsbouwmeester geëlimineerd

De stad Antwerpen en de Erfgoedcel willen daarmee de aandacht van de bevolking opfleuren voor de architecturale waarden van gekende en minder voor de hand liggende monumenten. Daar is niets op tegen, integendeel, de burgers kunnen er alleen maar trotser op zijn. Alle voorbeelden zijn niet alleen maar gerenoveerd maar hebben ook, zoals gezegd, een nieuwe bestemming gekregen die er kan voor zorgen dat de huidige toestand bestendigd en gerespecteerd zal worden. Maar er is ook een andere kant van het plaatje. Diezelfde stad Antwerpen sleept al jaren een erfenis mee van gebouwen die hun functie verloren en waar tot vandaag geen oplossing voor werd gevonden. Sommige van deze architectuurmonumenten werden al gedeeltelijk verkocht aan vastgoed handelaren die, weliswaar, vrij strikte normen opgelegd kregen voor de restauratie/renovatie ervan maar de nieuwe functie bleef vrij algemeen. Die situeert zich in de meeste gevallen binnen de horeca sector. Dat was concreet al het geval met het vroegere Koninklijk Paleis aan de Meir (architect J.P. Baurscheit), beheerd door Erfgoed Vlaanderen, waar, op het gelijkvloers, een exclusieve tearoom en chocolaterie worden uitgebaat. De Handelsbeurs en annex de Schippersbeurs worden eveneens horecazaken en evenementenhal en de vlakbij gelegen ex-patriciërswoning Van De Werve, destijds in de 17e eeuw De Grooten Robijn, met een rococo gevel ook van Jan-Pieter Baurscheit zal in de toekomst tot een luxehotel worden getransformeerd met ondergronds zwembad en andere faciliteiten.

Kinderen in het Steen

Ook het originele Jakob Jordaenshuis in de Reyndersstraat werd door de stad verkocht en van de nieuwe eigenaar is niet geweten welke functie hij voor het historische gebouw gepland heeft. Voor het 13e eeuwse Steen (de Burcht), lange tijd onderkomen voor het Scheepvaartmuseum waarvan de collectie overgedragen werd aan het MAS, werd een nieuwe bestemming gezocht in samenwerking met Het Paleis (vroegere Jeugdtheater). Het werd een plek waar een jongerendenktank een plaats vond, een creatief oord voor kinderen. Er blijft nog een blinde vlek aan de Belgiëlei, het vroegere museum Smidt-van Gelder dat de prachtige collectie toegepaste kunst van de oorspronkelijke eigenaar kon tonen in het originele vroeg 20e eeuwse gebouw dat door brand en overstroming werd geteisterd. Uiteindelijk werd de verzameling verspreid onder andere stedelijke musea en staat het gebouw al jaren leeg en wil de stad het verkopen, tot nog toe zonder succes. Het zou een ideale locatie kunnen worden voor samenwerkende modeontwerpers/stylisten die er én ateliers én showrooms zouden kunnen inrichten zonder afbreuk te doen aan de grandeur van het gebouw en waarbij de mooie tuin het decor kan vervolledigen.

Van bank naar exclusieve horecazaak

Antwerpen meet zich, bij de verkoop van eigen patrimonium, te veel een Januskop aan.

Een andere indrukwekkend gebouw is het oorspronkelijke huis Osterrieth, een ontwerp van steeds dezelfde Baurscheit, aan de Meir en schuin tegenover het Koninklijk Paleis. Het werd na de tweede wereldoorlog eigendom van de Bank van Parijs en de Nederlanden waarvan de Antwerpse directeur, de bankier-mecenas Maurice Naessens, een soort semi-publiek museum maakte met een opmerkelijke collectie werk van Belgische kunstenaars uit de tussen- en naoorlogse generaties, enkele belangrijke oude meesters en voortreffelijke wandtapijten uit de 17e eeuw. Het was een waardige osmose met de architectuur. Het gebouw was tot voor kort eigendom van Belfius en is nu in handen van een projectontwikkelaar die de vrije hand heeft in het interieur van het gebouw aangezien destijds alleen de gevel als monument beschermd werd. Wedden dat hier ook een exclusieve horecazaak zal verschijnen. Of toch niet want de firma die het pand aankocht heeft al laten weten dat het gelijkvloers en een deel van de eerste verdieping voorbehouden worden voor een retailzaak. Er worden ook luxeappartementen en vergaderzalen gepland. Hoe dan ook zal het gebouw veel zo niet alles van zijn oorspronkelijke betekenis verliezen. Want wie van de volgende generaties zal die gevel associëren met een gebouw dat, binnen de topografie van het stadsbeeld, een functie en betekenis had en op die manier verweven was met de geschiedenis van Antwerpen.

En dat is nu het punt. “Het schoonste gebouw” is een goed voorbeeld omdat alle panden die voor nominatie in aanmerking kwamen een actuele bestemming kregen zonder de oorspronkelijke functie ervan te verkrachten. Antwerpen meet zich, bij de verkoop van eigen patrimonium, te veel een Januskop aan. Enerzijds prijst de stad geslaagde renovaties/restauraties en anderzijds ontwikkelt zij een verkooppolitiek waarbij niet altijd even nauwgezet nagekeken wordt hoe bij hergebruik rekening wordt houden met regels die zo weinig als mogelijk de originele bestemming respecteren. Natuurlijk is het uiteraard beter dat het historisch patrimonium een zinnige herbestemming krijgt dan aan afbraakpolitiek te doen zoals in het verleden zo vaak gebeurde en het stadsbeeld verminkte.

Genadeloos gesloopt

Een voorbeeld : straks gaat de aanleg van het Operaplein van start, een open ruimte voor voetgangers. Waar nu twee zielloze torengebouwen, links en rechts het operagebouw vrijwel flankeren stonden tot de jaren vijftig enerzijds de Vlaamse Schouwburg aan de Kipdorpbrug (1874) en anderzijds, aan de de Keyserlei, het imposante Grand Hotel Weber (1900/1901) een mooi voorbeeld van de Belle Epoque. Beide markante gebouwen werden genadeloos gesloopt en vervangen door respectievelijk de Theaterbuilding en de Antwerp Tower. Dat werd vloeken in de kerk. Stel nu dat beide originele gebouwen een herbestemming hadden gekregen dan zou het nieuwe Operaplein een sterk homogeen urbanistisch profiel vertoond hebben. Dat bewijst dat Erfgoed, terecht, nu deel uitmaakt van een stedelijk politiek beleid. Dat moet alleen zorgen bij de zaak te blijven en de baat niet voor de kost plaatst. Het idee van het “Schoonste Gebouw” moet nu consequent in eigen beheer verder gezet worden want er is nog werk aan de winkel. En dan denken we niet alleen maar aan het ooit gedebiteerde onzalig idee om onderaan de gevel van het stadhuis winkels te plannen omdat die er zogezegd aanvankelijk ook waren. Het zouden nu wel chocolatiers, souvenirshops en misschien wel bars op afkomen in de plaats van ambachtslieden zoals het “Schoon Verdiep” van het stadhuis nu al mag gebruikt worden als het betere café. De grens tussen behouden en bestemmen is met het wegzenden van de stadsbouwmeester ook meteen vervaagd en werd een kritisch en waakzaam oog, ook voor het erfgoed, geëlimineerd.

Expo “Het Schoonste Gebouw”, Antwerpen Cargo Park Spoor Noord, nog tot 27 september.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content