Bert Bultinck

‘De N-VA-oproep tot warmte is niet noodzakelijk helemaal hypocriet’

Bert Bultinck Hoofdredacteur van Knack

‘De N-VA is ervan overtuigd dat een harde hand beter helpt dan een zachte heelmeester,’ zegt Knack-hoofdredacteur Bert Bultinck. ‘Maar wie echt aan een warme samenleving wil werken, kan niet om de twee jaar plots een paar dagen van toon veranderen.’

Als geen andere Vlaamse bestuurder weet Bart De Wever te verwoorden wat er op het spel staat. Het ‘meest actuele thema’ van vandaag, zo zei hij vorige week, is de spanning tussen de winnaars en de verliezers van de globalisering. Voor de winnaars is ‘de wereld hun oester’. De nieuwe economie levert hen alleen maar voordelen op, het ziet ernaar uit dat ze rijker zullen worden. Maar de brexit bewijst – net zoals de grote steun voor Jean-Luc Mélenchon en Marine Le Pen in Frankrijk – dat er in Europa ook een grote groep verliezers is, ‘en een veel grotere cohorte’ die bang is voor wat er zal komen. De verkiezing van de voluntaristische Emmanuel Macron als nieuwe Franse president verandert niets aan de grieven van de boze burger, integendeel. In de analyse van de N-VA-voorzitter kampt die groep met nijpende vragen: ‘In die nieuwe economie bestaat mijn job misschien niet meer. Wie zal mij beschermen?’ Of in De Wevers venijnige formulering, een paar dagen na 1 mei: ‘Wie is mijn vakbond in de wereld nog?’

De N-VA-oproep tot warmte is niet noodzakelijk helemaal hypocriet

De Wever spreekt helder over de blinde, elitaire globalisering en de bijbehorende rancune van de verliezer – anders dan hij denkt is die woede het échte restafval van de twintigste eeuw. Zijn verhaal is niet nieuw en ook niet verrassend. Maar De Wever neemt onbevreesd de handschoen op en maakt van de sociale splijtstof de drijfkracht van zijn politieke verhaal, of toch in zijn intentieverklaringen. De citaten van De Wever komen uit een panelgesprek bij de voorstelling van het boek Onvoltooid Vlaanderen van Frank Seberechts, een ondertussen fel bekritiseerde geschiedenis van de Vlaamse Beweging. De publicatie van dat boek, met een slotessay van De Wever zelf, werd door zijn partij aangegrepen om het kwakkelende communautaire verhaal van de N-VA een duw in de rug te geven. Maar het was vooral het pleidooi voor warmte van de voorzitter dat voor de verrassing zorgde.

‘Warmte’ is een markant woord in de neverending campagne van de strenge, soms bijna harteloze partij die de N-VA de laatste jaren is geworden. In een interview met de VRT gaf De Wever aan dat dit boek slechts de intellectuele voorhoede zou blijken van een hele batterij acties ‘rond aspecten van nation building‘, die ervoor zouden moeten zorgen dat Vlaanderen ‘als een warm vaderland’ zou verschijnen. Dat doet een beetje denken aan de knullige helfie-campagne van het voorjaar van 2015. Ook die demarche kwam toen als een vrijwel onverklaarbare opstoot van tederheid in een politiek discours dat voorts bol staat van verwijten aan werklozen, kansarmen en vluchtelingen.

‘Warmte’ is een markant woord in de neverending campagne van de strenge, soms bijna harteloze partij die de N-VA de laatste jaren is geworden

De N-VA-oproep tot warmte is niet noodzakelijk helemaal hypocriet. De partij is ervan overtuigd dat een harde hand beter helpt dan een zachte heelmeester. Daar zijn argumenten voor te verzinnen. Maar een plotse diepe bezorgdheid van De Wever om de ongelijke kansen in Vlaanderen zou zonder meer ongeloofwaardig klinken. De Antwerpse burgemeester had het dan ook niet over de ongelijkheid die in ons onderwijs op geen enkele manier wordt weggewerkt, noch over de strijd tegen armoede, bij kinderen of elders. Hij had het zelfs niet over de kloof tussen arm en rijk, nochtans een apert bewijs van de door hem zo betreurde spanning tussen winnaars en verliezers. Nee, bij zijn pleidooi voor warmte begon De Wever over de 10.000 zwart-gele petjes die hij had laten uitdelen bij de start van de Ronde van Vlaanderen, ‘om een bepaalde warmte en emotionaliteit te proberen creëren die vandaag ontbreekt rond de Vlaamse identiteit’. Hij zei ook dat de Schotten ‘geld verdienen aan hun identiteit’, alsof lucratieve merchandising het finale bewijs is van een geslaagde natievorming.

Met petjes bouw je geen warme samenleving. Wie echt iets wil doen voor de verliezers beperkt zich niet tot volksvermaak dat dubbel dienst doet als marketing, maar zorgt voor gelijke kansen aan de start. Wie echt aan een warme samenleving wil werken, kan niet om de twee jaar plots een paar dagen van toon veranderen. Wie echt ‘de vakbond in de wereld’ wil zijn van de verliezers, kan geen genoegen nemen met een verhaal waarin alles de schuld is van de kansarmen zelf. Zelfredzaamheid heeft haar grenzen. Als De Wever het meest actuele thema van vandaag met succes wil kapen, dan zal hij ook met een warmer beleid moeten komen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content