Brieuc Van Damme & Thomas Dermine

‘De grote vakantie: een bron van ongelijkheid’

Brieuc Van Damme & Thomas Dermine Adjunct-kabinetschef van minister Maggie De Block & consultant. Beiden lid van de Vrijdaggroep.

Door het taboe van de grote vakantie te doorbreken kan het onderwijs wel, meer dan nu, haar rol van sociale lift waarmaken, zo schrijven Thomas Dermine en Brieuc Van Damme van De Vrijdaggroep.

‘De grote vakantie: een bron van ongelijkheid’

Het recente onderzoekswerk in het kader van het Pacte pour un Enseignement d’Excellence (Pact voor Uitstekend Onderwijs) benadrukte opnieuw het gebrek aan sociale gelijkheid in ons onderwijssysteem. Bij de resultaten van de PISA-enquête zien we onrustwekkende scoreverschillen tussen kinderen uit kansarme en kansrijke milieus. De tekst van het Pacte d’Excellence stelt dat deze hoge correlatie tussen de sociaaleconomische index van een leerling en zijn schoolresultaten erop wijst dat ons schoolsysteem zijn rol van sociale lift nog onvoldoende waarmaakt.

Het Pacte d’Excellence stelt een aantal maatregelen voor om de situatie recht te zetten. Maar terwijl de grote vakantie volop aan de gang is en onze spruiten zich op allesbehalve schoolse manier vermaken, moeten we naar een evidentere oorzaak van ongelijkheid durven kijken: de grote vakantie.

Amerikaanse onderzoekers stelden vast dat niet de schoolperiode van september tot juni tot sociale ongelijkheid leidt in termen van ongelijke schoolresultaten, maar wel de grote-vakantieperiode in juli en augustus. De conclusie van de experts was unaniem: de kloof tussen schoolresultaten van kansarme en kansrijke kinderen ontstaat bijna volledig tijdens de zomervakantie (1).

‘De kloof tussen kansarme en kansrijke kinderen ontstaat bijna volledig tijdens de zomervakantie’

De verklaring is tamelijk eenvoudig. Kinderen uit kansrijkere milieus worden ook tijdens de vakantie nog gestimuleerd (een boekje lezen met oma, vakantie-oefeningen maken met papa, een museum bezoeken met tante als het regent, …).

Omgekeerd worden kinderen uit kansarmere milieus vaker aan zichzelf overgelaten en gaat de kennis die ze tijdens het schooljaar verwerven verloren na twee lange, intellectueel inactieve maanden. Uit een studie van de universiteit van Wisconsin (2) blijkt dat kinderen uit kansarmere milieus gemiddeld het equivalent van een schoolmaand kwijtspelen tijdens de grote vakantie, terwijl kansrijkere kinderen niet achteruitgaan. Na 5 zomers loopt de achterstand met andere woorden al op tot meer dan een half schooljaar.

Moeten we de grote vakantie daarom op losse schroeven zetten?

Op het moment dat de schoolplicht ingevoerd werd aan het einde van de 19e eeuw was de grote vakantie al niet vanzelfsprekend. De stedelijke, industriële milieus deden een toegeving aan het platteland, zodat de kinderen konden helpen met oogsten in de zomermaanden. Dit argument lijkt vandaag de dag niet meer zo relevant.

Misschien is het dus tijd om de schoolkalender ter herbekijken. Een schooljaar met 4 à 6 weken zomervakantie en meer vakantie om over het schooljaar te spreiden zou niet alleen het leerproces van alle leerlingen ten goede komen, maar kan ook efficiënt de sociale ongelijkheid op het vlak van schoolresultaten helpen uitgommen. We pleiten dus niet voor minder vakantie, maar voor een betere verdeling van de vakantie.

‘We pleiten dus niet voor minder vakantie, maar voor een betere verdeling van de vakantie’

Bovendien kunnen we zo inspelen op de verzuchtingen van almaar meer ouders dat ze het moeilijk vinden om hun kinderen 2 maand lang constructief bezig te houden (eenoudergezinnen, koppels die met twee uit werken gaan, …).

In de Verenigde Staten liepen er in 39 districten pilootprojecten en uit de eerste resultaten blijkt dat kansarmere kinderen betere schoolprestaties neerzetten en dat de ouders in het algemeen tevredener zijn (3).

De conclusies uit deze studies zijn van fundamenteel belang. In tegenstelling tot de veel gehoorde kritiek kan de school wel degelijk een rol als sociale lift spelen: de ongelijkheid ontstaat niet op school, maar buiten de school, onder meer tijdens de grote vakantie. Niet de school is de fundamentele oorzaak van ongelijkheid, maar wel de langdurige afwezigheid van school. Door het taboe van de grote vakantie te doorbreken kunnen we dit euvel de wereld uit helpen.

De Vrijdaggroep is een beleidsplatform voor jongeren van zeer diverse pluimage dat ondersteund wordt door de Koning Boudewijnstichting. Thomas Dermine, consultant, en Brieuc Van Damme, adjunct-kabinetschef van minister Maggie De Block, schrijven deze zomercolumn in eigen naam.

Noten:

(1) Schools, Achievement, and Inequality: A Seasonal Perspective Auteur(s): Karl L. Alexander, Doris R. Entwisle, Linda S. Olson Bron: Educational Evaluation and Policy Analysis, Vol. 23, Nr. 2 (zomer, 2001), pp. 171-191 Gepubliceerd door: American Educational Research Association

(2) The Effects of Summer Vacation on Achievement Test Scores: A Narrative and Meta-Analytic Review Harris Cooper University of Missouri-Columbia Barbara Nye Tennessee State University Kelly Charlton James Lindsay Scott Greathouse University of Missouri-Columbia

(3) Modified School Calendars on Student Achievement and on School and Community Attitudes Harris Cooper en Jeffrey C. Valentine University of Missouri, Columbia Kelly Chariton University of North Carolina, Pembroke April Melson University of Missouri, Columbia

Partner Content