Walter De Smedt

‘De dagvaarding van Gilkinet is als de dagvaarding van de rechtsstaat zelf’

Walter De Smedt Strafrechter op rust, enige Belg die ooit zowel lid was van het Comité P als het Comité I

Gewezen strafrechter Walter De Smedt over de meest recente ontwikkelingen in Kazachgate.

De Kamer zal Georges Gilkinet (Groen) steunen in de verdediging van zijn grondwettelijke rechten in de dagvaarding door Patok Chodiev en via hem ook van die van alle leden van de Kamer. Dat heeft Kamervoorzitter Siegfried Bracke donderdag beslist. Het gaat volgens Bracke om een principiële kwestie. In de Kazachgate is er ook nog een ander dossier dat over de kern van hetzelfde probleem gaat, namelijk de wijze waarop de gewezen Antwerpse procureur-generaal Yves Liégeois handelde om zijn opvatting in de ” vervolging” van de diamantairs er door te krijgen: hij lobbyde in het geheim met de experten van de diamantairs om de politieke besluitvorming te beïnvloeden en kwam daardoor in conflict met zijn substituut Peter Van Calster die een behandeling voor de strafrechter in openbare zitting nastreefde.

Gezien de hiërarchische structuur van het parket had gewezen procureur-generaal Liégeois met alle gemak zijn opvatting kunnen opleggen: een bevel aan substituut Van Calster was voldoende. Maar deze hoge magistraat deed heel wat anders: hij opende gerechtelijke en tuchtonderzoeken, verplaatste Van Calster en ontsloeg zijn medewerkster. Omdat Liégeois zijn ongenoegen ook langs de pers ventileerde en hij niets onverlet liet om de substituut in een slecht daglicht te stellen groeide het meningsverschil uit tot een in de media ruim becommentarieerde “diamantoorlog”.

Over de grond van de zaak kreeg Van Calster over heel de lijn gelijk door een arrest van het Grondwettelijk Hof dat de afkoopwet afkeurde juist om de door Van Calster voorgehouden gebreken: de grondwettelijke en supranationale voorschriften van het eerlijk proces waardoor ook een schikking moet voorgelegd worden aan de beoordeling van een rechter in een openbare behandeling. Kende de heer Liégeois, die toch een bekwaam strafjurist is en daarom als de expert van de justitieminister optreedt in de herziening van de wetboeken van strafrecht en strafvordering deze universele basisbeginselen dan niet? Moeilijk te geloven. Ging het om een persoonlijke afrekening? Daar zijn niet direct elementen voor. Of ging het om de voornaamste bestaansreden van een parket-generaal, de hiërarchie en het gezag van de justitieminister op alle ambtenaren van het parket, een andere door het Grondwettelijk Hof opgesomde reden bij de afkeuring van de afkoopwet: de reden waarom een procureur geen rechter kan zijn.

Onafhankelijkheid

Het is één van de door het beleid voorgewende redenen in de verdediging van de uitgebreide minnelijke schikking: ook een parketmagistraat heeft een verhoogde vorm van onafhankelijkheid. Het is de bevestiging van het oude principe dat de pen slaafs en het woord vrij is: een procureur-generaal kan een substituut het bevel geven om het crimineel beleid van de minister uit te voeren, maar iedere substituut heeft voor de rechtbank het recht daar zijn eigen mening over te geven. De heer Liégeois ziet dat blijkbaar anders: zelfs na het na een jaar nog steeds niet opgevolgde arrest van het hoogste hof werd Van Calster voor de tuchtrechtbank gedagvaard én veroordeeld tot de zwaarste straf: afzetting uit het ambt, werkloos de straat op. >

Kazachcommissie

Over de grond van het meningsverschil werd door het hoogste hof beslist. Over de wijze waarop de heer Liégeois handelde kwamen in het parlementair onderzoek hoorzittingen. Gezien de commissie in het bezit was van de parketdocumenten kon de heer Liégeois niet ontkennen wat in zijn eigen documenten stond: lobbyen met de zakenadvocaten. Daarom wijzigde Liégeois zijn verweer: omdat de toenmalige minister in een politieke pad stelling was geraakt, en omdat hij het dossier aan zijn eerste-advocaat-generaal had gegeven, en omdat hij afstand nam van zijn eigen documenten. Dat deed de commissievoorzitter antwoorden dat hij het onverdedigbare verdedigde: de totale afgang van een hoog magistraat.

Nederig

Magistraten zijn, vooral tegenover de hiërarchie, nederige mensen. Het is ook hun opdracht om enkel in die dossiers te beslissen die hen worden voorgelegd en zij moeten zich onthouden van tussenkomsten in andere zaken. Dit kan hen evenwel niet beletten verontwaardigd te zijn wanneer de basisbeginselen van de democratische rechtsstaat worden aangetast. Dat is wat het Parlement tot solidariteit brengt in de verdediging van het onderzoeks- en spreekrecht van iedere vertegenwoordiger van het Volk. Zij hebben begrepen dat de dagvaarding door de heer Chodiev zoveel is als de dagvaarding van de rechtsstaat en van al diegenen die daar de eerste macht in uitmaken. De magistratuur heeft dat van hoog tot laag, en voor zover er een lage magistratuur zou bestaan, in wat de magistraat Van Calster overkomt blijkbaar niet begrepen. Wachten tot de uitspraak in beroep en tot de motivering van dat arrest.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content