Ewald Pironet

‘De begrotingscontroles dreigen neer te komen op wat knip- en plakwerk’

De regeringspartijen onderhandelen de volgende dagen over waar ze 1,2 miljard moeten vinden. Grote besparingen zijn er in de federale begroting alvast niet meer te vinden.

Een delegatie van ereleden en ex-leden van het Vlaams Parlement protesteert vandaag tegen de afschaffing van bepaalde voordelen, zoals een vaste internetvergoeding van 500 euro per jaar en een gratis abonnement op De Lijn. Aangezien het Vlaams Parlement moet besparen, zijn die extraatjes afgeschaft. De delegatie, onder leiding van gewezen CD&V-minister Hugo Weckx, beweegt hemel en aarde om ze alsnog te kunnen behouden. Nadat ze bot ving bij het Vlaams Parlement eist ze nu een bijeenroeping van de negen parlementen van het land. Het geval illustreert niet alleen hoe moeilijk het is om verworven rechten af te schaffen, maar vooral hoe gul en onbezonnen ze in het verleden zijn uitgedeeld.

De begrotingscontroles dreigen neer te komen op wat knip- en plakwerk

De verschillende regeringen van dit land staan voor de begrotingscontroles. Vlaanderen voelt nu de pijnlijke gevolgen van de zesde staatshervorming, waarbij wel bevoegdheden werden overgeheveld maar niet al het geld dat daarbij hoort. Er is een tekort aangekondigd van 900 miljoen euro. Ondertussen moet de federale overheid op zoek naar 1,2 miljard. De regeringspartijen onderhandelen de volgende dagen over waar al dat geld vandaan moet komen. Grote besparingen zijn er in de federale begroting alvast niet meer te vinden, dus komt de sociale zekerheid in het vizier. Voor N-VA is besparen in de sociale zekerheid geen taboe, maar CD&V en MR willen er niet van horen. En of Open VLD daar wel voor staat te springen, met minister Maggie De Block op Sociale Zaken en Gezondheid, is zeer twijfelachtig. De begrotingscontroles dreigen dus neer te komen op wat knip- en plakwerk.

Opbrengst overheidsparticipaties niet verkwanselen

De federale regering zou ook in de verleiding kunnen komen om enkele overheidsparticipaties van de hand te doen, wat vroeger weleens werd gedaan. Als ze het overheidsbelang in Belgacom laat zakken tot 25 procent levert dat al snel 3 miljard euro op. Als de helft van de staatsparticipatie van 50 procent in Bpost wordt verkocht, komt er meer dan 1 miljard in het laatje. En de 10 procent in BNP Paribas is pakweg 7 miljard waard. Toch is het geen goed idee om zo het begrotingsgat te dichten, zegt professor overheidsfinanciën Herman Matthijs (UGent en VUB) in een opiniebijdrage op knack.be: ‘Zo’n verkoop moet volledig gebruikt worden om de schulden af te bouwen en niet om, zoals in het verleden, de begroting op te smukken.’

Onze overheidsschuld bedraagt nu 107 procent van het bruto binnenlands product. We doen er goed aan om de schuld af te bouwen: als de rente opnieuw aantrekt is dat ‘dodelijk’, zoals Matthijs schrijft, want dan moeten we veel rente betalen. Er zijn dus goede redenen om de overheidsparticipaties van de hand te doen, maar de opbrengst daarvan mag niet verkwanseld worden om het gat in de begroting dicht te rijden. Dat zou gemakzuchtige korttermijnpolitiek zijn. Het kan wel worden gebruikt om de schuld te verlagen, wat ons op lange termijn voordelen oplevert.

Politieke benoemingen

Dat onze schuldgraad echt te hoog is, bleek nog maar eens uit een studie die professor overheidsfinanciën Wim Moesen vorige week publiceerde in de reeks Leuvense Economische Standpunten. Daarin wordt onze schuldgraad vergeleken met 21 andere mature industrielanden. Blijkt dat de gemiddelde schuldgraad 89,3 procent bedraagt, België strandt op de vijftiende plaats. Uit de studie blijkt ook dat België voor de omvang van de publieke sector een vierde positie inneemt, ex-aequo met Zweden. Maar als het gaat over de efficiëntie van de overheid vinden we Zweden op plaats drie, België pas op plaats elf. Er kunnen bij ons dus nog veel efficiëntiewinsten worden geboekt in de publieke sector.

De centrumrechtse regering-Michel kan voor één keer echt voor verandering kiezen.

Moesen wijst erop hoe professioneel de Zweedse overheid te werk gaat, en hoe ze meer de klemtoon legt op resultaten dan op ideologie. Hij ziet een opmerkelijk verschil met het ‘gebruikelijke politieke cliëntelisme in België’. Bij ons draait het nog te vaak om politieke benoemingen, waarbij ‘de hoofdbekommernis een wiskundige verdeling is van de zeteltjes over de diverse partijen met een ondermaatse aandacht voor deskundigheid, integriteit en complementariteit’.

Dat België vandaag met zo’n hoge schuldgraad kampt, kan niet volledig worden toegeschreven aan de zittende regering. Het is een optelsom van budgettaire gemakzucht van opeenvolgende generaties beleidsmakers, aldus Moesen. Hij stipt daarbij aan dat ’te veel budgettaire beslissingen wormstekig zijn of een vreemd geurtje van publieke profijtjes verspreiden’. De centrumrechtse regering-Michel kan daar een eind aan maken bij de begrotingscontrole. En kan voor één keer echt voor verandering kiezen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content