Geknoei op niveau

Ewald Pironet

De hoerastemming in de regering-Michel ten spijt mist de Belgische begroting minstens één element: geloofwaardigheid.

BELGIË IS een budgettaire belhamel: dat oordeelt het Internationaal Monetair Fonds (IMF). In het jaarlijkse rapport dat het IMF vorige week over België publiceerde, gebaseerd op de zogenoemde Article IV Consultation, dringt het aan op begrotingen die aan drie criteria voldoen: ze zijn gebaseerd op geloofwaardige doelstellingen, ze gaan uit van realistische inkomsten- en uitgavenvoorspellingen, en ze worden door ernstige maatregelen gesteund. De aanmaning kreeg amper aandacht, en toch kan een land moeilijk een grotere blamage oplopen: we nemen het begrotingswerk niet serieus, onze cijfers zijn onbetrouwbaar.

MET EEN BREDE GLIMLACH presenteerde de regering-Michel het voorbije weekend de resultaten van haar begrotingscontrole. Ze is erin geslaagd 900 miljoen euro te vinden om de begroting 2017 op koers te houden zonder naar belastingverhogingen te grijpen of uitgaven te schrappen. Hoe ze dat heeft gedaan? Ze ‘corrigeerde’ het rekenwerk van het Monitoringcomité, een groep topambtenaren die becijfert hoe groot de budgettaire inspanning moet zijn. Maar het is van twee dingen één: ofwel deed het Monitoringcomité zijn werk niet goed, ofwel neemt de regering het werk van het comité niet ernstig. Beide opties zijn verontrustend.

VOLGENS DE REGERINGkomt het structurele begrotingstekort nu uit op 0,8 procent van het bruto binnenlands product, ofwel ruim 3,4 miljard euro. Ze is veel optimistischer dan de Europese Commissie. Die raamt het structurele tekort op 2 procent, ofwel 8,6 miljard euro. Voor 2018 blijft de regering op een begrotingsevenwicht rekenen, terwijl de meeste experts dat onhaalbaar vinden. Volgende maand zal duidelijk worden of ze aan dat evenwicht blijft vasthouden: dan moet ze in het kader van het Europese stabiliteitsprogramma de doelstellingen van haar begrotingsbeleid voorleggen aan de boekhouders van Europa. Die houden niet alleen rekening met de federale overheid, maar ook met de regionale en gemeentelijke overheden.

ONDERTUSSEN gaat de regering ervan uit dat ze bijna 500 miljoen voor asiel en terreurbestrijding nog altijd uit de begroting kan houden. De afgelopen jaren heeft Europa daarmee ingestemd omdat die uitgaven ’tijdelijk en onvoorzien’ waren. Maar zijn ze dat ook als ze jaarlijks blijven terugkeren? Daarbij komt nog de vraag of overheidsinvesteringen, zoals de aanleg van de Oosterweelverbinding in Antwerpen, al dan niet in de begroting opgenomen moeten worden. Eigenlijk is dat allemaal geknoei met statistieken. In of buiten de begroting: het geld wordt hoe dan ook uitgegeven. En het moet ergens worden gehaald.

IN PRINCIPE biedt een begroting een overzicht van alle verwachte inkomsten en uitgaven in een bepaalde periode. Vandaag is de Belgische een onontwarbare cijferbrij waar het bedrog ingebakken zit. Het zou helpen mocht de regering teruggrijpen naar de dubbele begroting en de gulden financieringsregel. Ons land volgde die regel tot 1975, en de gemeenten doen dat nog altijd. Hij bepaalt dat de gewone, lopende uitgaven in evenwicht zijn, maar dat de overheid wel mag lenen voor publieke investeringsprojecten, bijvoorbeeld om wegen aan te leggen. Daarvoor mag er een tekort zijn, want die investeringen brengen eigenlijk geld op. Zo wordt budgettaire discipline aan een verantwoord investeringsbeleid gepaard én wint de begroting aan transparantie.

IN DE HERFST van 2016 sloot de regering-Michel haar begrotingsconclaaf af zonder fiscale hervorming. Toen werd gezegd dat ze werk zou maken van eenvoudigere en rechtvaardigere belastingen. Ze zou onderzoeken hoe ze de vennootschapsbelasting kon hervormen, of ze een meerwaardebelasting kon invoeren, en hoe ze meer spaargeld naar onze economie kon laten vloeien. Daarmee is ze blijkbaar nog altijd bezig.

TOCH IS EEN TWEEDE TAXSHIFT broodnodig. Nu de loonkosten voor werkgevers verlaagd zijn, is het belangrijk dat het nettoloon van werknemers stijgt: alleen door beide maatregelen te combineren, zal werken aantrekkelijker worden dan werkloos zijn en zal het werkgelegenheidspercentage stijgen. Dat ligt nu laag: 67 procent van de Belgen tussen 18 en 65 jaar werkt. Het Europese gemiddelde is 73 procent. Budgettair heeft een hoger werkgelegenheidspercentage een dubbel effect: de overheid moet minder uitkeringen betalen en ze krijgt meer geld binnen, dankzij de belastingen die werknemers betalen.

ZAL DE REGERING-MICHEL er nog in slagen om met een eenvoudiger en rechtvaardiger belastingsysteem voor de dag te komen? Dat wordt met de dag twijfelachtiger. Een ernstige begroting heeft ze nog nooit afgeleverd – de voorbije begrotingscontrole heeft daaraan niets veranderd. En een regering die geen geloofwaardige begroting aflevert, kan zelf evenmin geloofwaardig zijn.

EWALD PIRONET is senior writer van Knack.

De begroting is een onontwarbare cijferbrij waar het bedrog ingebakken zit.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content