Redactie Knack

‘Dat De Croo discussie over pensioenhervorming buiten verkiezingen houdt, is weinig democratisch’

België heeft nood aan een nieuwe ingrijpende pensioenhervorming en de aanpak van Zweden is een voorbeeld voor ons, aldus De Croo. Over de inhoud van het Zweedse pensioenmodel echter geen woord.

De minister van Pensioenen, Alexander De Croo, sprak na zijn studiebezoek aan Zweden vol lof over de manier waarop de pensioenhervorming in Zweden werd aangepakt en over de brede consensus die daarover zou bestaan. Een aantal partijen in Zweden hebben de pensioenhervorming in stilte voorbereid en doorgevoerd, ver buiten de verkiezingen. België heeft nood aan een nieuwe ingrijpende pensioenhervorming en de aanpak van Zweden is een voorbeeld voor ons, aldus De Croo. Over de inhoud van het Zweedse pensioenmodel echter geen woord.

Zweden koppelde de pensioenleeftijd aan de levensverwachting en verlegde het risico van de financiering van de pensioenen naar de zwaksten in de samenleving, namelijk de ouderen. De sociale bijdragen op de lonen, die dienen voor de financiering van het pensioen, werden geblokkeerd op 18,5%. Een deel hiervan (2,5%) mogen de werknemers beleggen in private verzekeringsfondsen voor de opbouw van hun eigen pensioen in de toekomst. De werknemers krijgen de keuze tussen niet minder dan 700 pensioenfondsen, een kluwen waar een kat haar eigen jongen niet in terug vindt. Als de beleggingsopbrengsten goed zitten, dan groeit het pensioenspaarpotje. Als de opbrengsten tegen zitten, dan krimpt het potje.

Het ander deel van de sociale bijdragen op de lonen (de resterende 16%) is bestemd voor de uitbetaling van de huidige pensioenen (in repartitie). Maar, indien de inkomsten de uitgaven niet dekken, dan worden de pensioenen automatisch verlaagd. Dit systeem heeft dan ook het perverse effect dat een crisis onmiddellijk wordt gedragen door de gepensioneerden. Dat riskeerde te gebeuren in 2010. De overheid moest toen halsoverkop tussen komen, omdat de zogenaamde “brede consensus”, waar De Croo naar verwijst, plots niet meer zo breed leek te zijn.

Tot slot werden de pensioenen rechtstreeks verlaagd door de berekening ervan op alle loopbaanjaren. Voordien bestond er een meer gunstige regeling, die het pensioen berekende op basis van de vijftien beste loopbaanjaren.

In plaats van de lof te zingen over het doorsluizen van risico’s en lasten naar de ouderen, zou onze minister van Pensioenen beter eens kijken naar de andere kanten van het Zweedse pensioenverhaal. Het basispensioen is een stuk hoger dan in België en de zorg voor ouderen is veel beter uitgebouwd dan hier. Pensioen en betaalbare zorg zijn twee kanten van dezelfde medaille.

Bij ons moet meer dan een vijfde van de gepensioneerden, 22 procent, rondkomen met een pensioen onder de armoedegrens. Dat is een schande voor een rijk land als België. Over het algemeen zijn de wettelijke pensioenen voor werknemers en zelfstandigen geen vetpot. Ze behoren tot de laagste van heel Europa. En dat heeft alles te maken met de pensioenformule, niet met langer of minder lang werken. Werknemers met hetzelfde loon en hetzelfde aantal loopbaanjaren hebben een lager pensioen in België dan bijvoorbeeld Frankrijk of Nederland.

Dat De Croo de discussie over ingrijpende pensioenhervorming buiten verkiezingen wil houden, is weinig democratisch

Kim De Witte

De idee dat alle Belgen een eigen woning hebben, wat de lage wettelijke pensioenen zou compenseren, dient bovendien te worden genuanceerd. Volgens Eurostat is slechts 71,8% van de Belgen eigenaar van zijn woning en ligt dat percentage op 66,8% voor de EU15. Volgens de Vlaamse Woonraad is de sociale impact van het woonsparen zeer beperkt. Wonen in Vlaanderen zou voor 13,2% van de gezinnen geheel onbetaalbaar zijn.

De regering gaf reeds te kennen dat zij in een volgende legislatuur wil inzetten op de versterking van het aanvullend pensioen. Maar het aanvullend pensioen is het pensioen van de ongelijkheid. Voor een bedrijfsleider worden miljoenen euro’s aan aanvullende pensioenrechten opgebouwd, met alle sociale en fiscale voordelen van dien. Voor een gewone werknemer gaat het over enkele duizenden euro’s. Een druppel op een hete plaat wanneer de facturen van rusthuis, verzorging, hospitalisatieverzekering, enzovoort binnenstromen.

Het aanvullend pensioen is bovendien niet zonder risico. Recent nog ging de aanvullende pensioenverzekeraar APRA Leven failliet. Hierover zijn nog verschillende rechtszaken lopende, maar in een aantal vonnissen werd reeds geoordeeld dat de gedupeerde werknemers in België het overgrote deel van hun opgebouwde pensioenrechten kwijt zijn. Ook in Nederland, het Walhalla van de aanvullende pensioenen, hebben maar liefst 54 pensioenfondsen de pensioenen moeten verlagen. Ouderen, die geen extra inkomsten meer kunnen verwerven, zijn het slachtoffer. Dat is onaanvaardbaar.

Het wettelijk pensioen biedt de beste garantie op een waardig pensioen voor iedereen. Een versterking van dit pensioen, niet alleen voor de laagste inkomens maar ook voor de middenklasse, is mogelijk en betaalbaar. Volgens de laatste berekeningen van de Studiecommissie voor de Vergrijzing zouden de kosten voor het wettelijk pensioen oplopen tot 14,7% van het BBP tegen 2060. Dat is dus ongeveer één zevende van het BBP dat we besteden aan het inkomen van ongeveer één derde van de bevolking (32,2%) met pensioen in 2060. Dat is geen absurditeit, integendeel. Er is nog ruimte voor verbetering. Volgens de Studiecommissie voor de Vergrijzing zou ons BBP tegen 2060 verdubbelen. De vraag is wat we met die extra rijkdom gaan doen. Mijn voorstel is om minstens de pensioenen voor de werknemers en de zelfstandigen, die echt geen vetpot zijn in België, te versterken.

Dat idee verdient alvast een discussie waar ook de kiezer zijn zeg over mag doen. Het voorstel van Minister De Croo om de discussie over een ingrijpende pensioenhervorming buiten de verkiezingen te houden, getuigt mijn inziens van weinig zin voor democratie.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content