Peter Casteels

‘Comedians hebben liever niet dat hun werk ernstig wordt genomen’

‘Vlaamse komieken zijn de slechtst mogelijke deelnemers aan debatjes over de grenspaaltjes van de humor’, vindt columnist Peter Casteels.

En plots stonden er weer eens artikels in de kranten over de grenzen van humor. De aanleiding was dit keer een Nederlandse analist die met jurk, pruik en lippenstift in een voetbalprogramma was verschenen. Sinds wij Bo Van Spilbeeck allemaal niet alleen een schat van een vrouw vinden, maar ook nog eens de beste journalist die de Vlaamse media in decennia hebben voortgebracht, werd daarmee – nogal onverwacht, vond ik – de grens van humor overschreden. Er wordt niet meer gelachen met transgenders, noteert u dat misschien even.

De slechtst mogelijke deelnemers aan debatjes over waar die grenspaaltjes moeten staan, zijn Vlaamse komieken. ‘De enige wereld waarin niemand ooit beledigd kan zijn door humor, is een totale dictatuur waar permanente censuur heerst’, was de enigszins voortvarende bijdrage van Alex Agnew in De Morgen. Jonas Geirnaert gebruikte in die krant een andere vergelijking om hetzelfde punt te maken. ‘Moeten we morgen eisen dat geen enkele bakker nog kiwitaartjes mag maken omdat sommige mensen dat niet te vreten vinden? Als we in die logica meegaan, ligt er overmorgen niets meer in de etalage’, was zijn krakkemikkige vondst. Samengevat: wij doen wat we willen, laat ons eens met rust. Trouwens, het is allemaal toch maar om te lachen.

Comedians hebben liever niet dat hun werk ernstig wordt genomen

Alles is natuurlijk relatief. In de aflevering van Taboe over mensen met een andere huidskleur zaten twee moslims. Een grap over Allah – ik kan er ook niet zo gauw eentje bedenken – werd er niet verteld. Maar behalve dat ene onderwerp, dat misschien wel het enige, echte taboe is in de Vlaamse comedy, mag niemand zeuren over de grappen die op een podium worden verteld. Ik vind het vreemd met welk een gebrek aan sérieux comedians hun werk verdedigen. Toegegeven, de kritiek die ze krijgen, is zelden veel ernstiger – het gaat haast nooit over de grappen, enkel over wie zich aangevallen voelt. Maar om dan maar uit te schreeuwen dat alles gezegd moet kunnen worden?

Willen comedians met grappen over Marokkanen, vrouwen, homo’s of voor mijn part ook Allah dan helemaal niets over die onderwerpen vertellen? Ik dacht altijd dat humor, ironie en satire ook maar gewoon stijlvormen als alle andere waren waar kunstenaars een verhaal mee proberen te vertellen of een wereldbeeld te schetsen. Een racistisch of seksistisch hoofdpersonage in een roman zou terecht voor discussie zorgen. Dat zou allicht ook de bedoeling van de auteur zijn. Maar comedians hebben liever niet dat hun werk ernstig wordt genomen. Het is toch wel jammer, dat zij – na televisiescenaristen en popmuzikanten de populairste kunstenaars – vasthouden aan zo’n slaapverwekkend nihilisme.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content