Circa 3.500 defibrillatoren in België moeten jaarlijks 3.000 levens redden

Defibrillator © BELGA

Ons land telt volgens de federale overheidsdienst Volksgezondheid ongeveer 3.500 automatische externe defibrillatoren (AED’s). Volgens de Belgische Cardiologische Liga kunnen met die toestellen jaarlijks 3.000 mensenlevens gered worden. Ondertussen volgen steeds meer mensen een cursus om met AED’s om te gaan.

Een AED is een draagbaar toestel dat een elektrische schok aan het hart toedient bij levensbedreigende hartritmestoornissen. Met een AED wordt de overlevingskans van een patiënt met een hartstilstand fel vergroot. Volgens de Belgische Cardiologische kunnen AED’s in een jaar zo’n 3000 levens redden, wat weliswaar een theoretisch cijfer is.

‘In Europa vinden jaarlijks gemiddeld 350.000 hartstilstanden plaats, in België ongeveer 10.000. Ongeveer 70 procent ervan gebeurt in huiselijke kringen met een gemiddelde overleving van 28 procent’, zegt dokter Nicolas Mpotos, urgentiearts bij het AZ Sint-Lucas Gent. ‘De overleving wordt in sterke mate beïnvloed door het snel starten van basisreanimatie door een omstander en het snel toedienen van een eerste schok in geval van een schokbaar ritme, wat de kans op overleven kan verdubbelen tot verdrievoudigen. Vandaag wordt gemiddeld slechts een op de vier van de slachtoffers gereanimeerd door een omstander. Een verdubbeling hiervan zou in een ideaal scenario tot 3.000 extra levens kunnen redden in België.’

‘Elke gewonnen minuut 10% meer overlevingskans’

Om levens te redden moet je met het toestel kunnen omgaan. Dat blijkt niet zo moeilijk, omdat de AED met gesproken boodschappen aangeeft hoe je hem moet gebruiken. Toch organiseert het Rode Kruis Vlaanderen opleidingen sinds 2007, het jaar waarop de AED’s hun intrede deden in onder andere treinstations, stadions, scholen en supermarkten. De cursus duurt 3 uur en wordt gegeven in groepjes van 15 deelnemers. Doel is de toestellen vlot te leren gebruiken. ‘Want elke gewonnen minuut staat immers voor 10 procent meer overlevingskans’, heet het.

‘Het aanleren van reanimatievaardigheden en gebruik van een AED is van groot belang’, zegt dokter Mpotos. ‘Als we willen streven naar betere overleving zal in de eerste plaats het sensibiliseren en opleiden van de bevolking in levensreddende handelingen belangrijker en doeltreffender zijn dan lukraak toestellen te verspreiden.’

Om te vermijden dat ze lukraak worden geplaatst, zijn er richtlijnen ontworpen die overlap moeten voorkomen. ‘Die richtlijnen houden onder meer in dat AED’s komen op plaatsen waar patiënten met hoog risico komen’, zegt dokter Mpotos. ‘Of op plaatsen waar geen dringende medische hulpverlening binnen de vijf minuten aanwezig kan zijn.’

Samenwerken met gemeenten

‘Met ons project ‘Hartveilig’ willen we zoveel mogelijk mensen leren reanimeren en defibrilleren met een AED’, zegt An Luyten van Rode Kruis Vlaanderen. ‘Daarnaast sensibiliseren we rond het belang van zo’n toestellen. Hoe meer AED’s er komen op openbare plaatsen, in sportclubs, scholen en bedrijven, hoe hartveiliger Vlaanderen wordt.’ Een AED-toestel kost circa 1.800 euro zonder btw. Een weerbestendige kast om het toestel in te bewaren kost nog eens circa 450 euro euro. Een onderhoudscontract voor 5 jaar komt op 500 euro en een verzekering op 100 euro per jaar.

Volgens de gegevens van het Rode Kuis werd in het eerste kwartaal van 2016 met 18 gemeenten een samenwerkingsovereenkomst ‘Hartveilig’ ondertekend om cursussen te organiseren voor gemeentepersoneel. Het publiek van de AED-cursussen is gevarieerd, het kan gaan om brandweerlieden, leden van lokale sportclubs en personeel van scholen. ‘Maar elke individuele burger kan zich bij de lokale Rode Kruis-afdeling inschrijven om deel te nemen aan een cursus. We merken dat in de loop van de voorbije negen jaar het aantal cursisten altijd is blijven groeien’, zegt Luyten van het Rode Kruis. ‘Wat logisch is, omdat het aantal geplaatste toestellen ook toeneemt’, aldus Luyten.

Ook privébedrijven kunnen deelnemen aan het project ‘Hartveilig’ van het Rode Kruis. Zo gaf de bank KBC vorig jaar te kennen dat ze ernaar streeft 10 procent van haar medewerkers een opleiding ‘Reanimeren en defibrilleren’ te laten volgen. ‘Opleiding in het herkennen van een hartstilstand en het toepassen van defibrillatie is ontzettend belangrijk’, zegt dr. Mpotos. ‘Indien mensen een hartstilstand niet herkennen, zullen ze ook niet adequaat reageren, en misschien ook niet aan reanimatie of aan een AED denken.’

Uit een enquête van de Belgische Cardiologische Liga blijkt anderzijds dat bijna de helft (47 procent) van de Belgen zich niet in staat voelt om tussenbeide te komen bij een hartstilstand en een kwart van de bevolking zou zich niet op zijn gemak voelen om een defibrillator te gebruiken. In België zijn nochtans jaarlijks 10.000 mensen het slachtoffer van een hartaanval. Minder dan 10 procent van hen kan het navertellen. Het gebruik van een AED zou het aantal overlevers naar meer dan 50 procent kunnen tillen. (BELGA/JVL)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content