Wouter Van Bellingen

Brussel is een majority-minority city: de meerderheid van de bevolking behoort tot een minderheid

Wouter Van Bellingen Directeur van het Minderhedenforum

‘In Brussel heeft meer dan 60 procent van de inwoners een migratieachtergrond, in bepaalde gemeenten meer dan 90 procent’, schrijft Wouter Van Bellingen, directeur van het Minderhedenforum. ‘Dit is een majority-minority city: de meerderheid van de bevolking behoort tot een minderheid.’

Elke week heeft Wouter Van Bellingen, pas aangetreden als directeur van het Minderhedenforum, een afspraak met Knack.be.

De ene week zal Van Bellingen zelf schrijven over wat relevant is. De andere week geeft hij zijn pen en forum door aan iemand uit zijn achterban.

Om tienduizenden nieuwkomers in Brussel een gezicht te geven, is de krant De Standaard gestart met de reeks “Verborgen stad, van aankomen tot thuiskomen”. Zij brengen hun verhaal over de Brusselse aankomstwijken.

De lezer wordt meteen meegezogen in de wereld van de “twintigste Brusselse gemeente”, de verzamelnaam voor de vele mensen zonder verblijfspapieren die zich over de hele stad verspreiden. Op de voorpagina staat een grote foto van een man met een migratieachtergrond. Hij draagt een bruine T-shirt en een gebleekte jeans. Op de achtergrond zie je twee wagens op een vochtige vloer, de man is aan het werk in een garage. In grote drukletters onderaan de foto staat geschreven: “Deze man bestaat niet”. De krant legt de vinger op de wonde, geeft een contradictie aan. We zien een mens die bestaat, maar officieel telt hij niet mee. Want hij heeft geen papieren.

De krant spreekt in termen van ‘onzichtbare’ mensen, misschien wil ze aantonen hoe we als samenleving onze ogen sluiten voor de zoektocht van deze mensen zonder verblijfsvergunning. Kom hier maar eens toe zonder de taal te kennen, zonder te weten waarnaartoe.

Armoedegrens

En toch: wie de ogen opent, ziet. Mister Nobody heb ik ontmoet. Ik kom hem zelfs elke dag tegen. Ik zie hem tijdens mijn verplaatsingen door Brussel. Ik zie hem als hij zijn shift begint in het restaurant, om de hoek aan de Naamsepoort. Soms ook in de carwash, niet ver van het Flageyplein. Bezoek ik in het weekend een van onze verenigingen, schuift ook hij aan tafel. En als ik hetzelfde weekend weer de trein naar huis neem, kom ik hem tegen in Les Abbatoirs en laadt hij de groentebakken in.

Brussel is een majority-minority city: de meerderheid van de bevolking behoort tot een minderheid

Deze man verbergt zich niet. Hij is heel zichtbaar en aanwezig. Hij verschijnt niet in registers en statistieken, maar kleurt dagelijks het straatbeeld van Brussel. Hij geeft vorm aan wat Brussel is en nog meer zal worden. Hij kerft zijn naam in één van haar bomen.

Gelukszoekers zoeken in Brussel hun eigen weg. Ze zijn ondernemers van hun eigen leven. Ze moeten ook wel, de werkloosheidsgraad schommelt hier al jaren rond de 20%. Al is er wel een daling merkbaar in de jeugdwerkloosheid, toch steeg stegen de algemene werkloosheidcijfers in vergelijking met vorig jaar. Eén op drie inwoners leeft onder de armoedegrens, terwijl onze hoofdstad op Europees niveau één van de rijkste regio’s is.

‘De migrant’ bestaat niet

Brussel ligt op wel meerdere vlakken met zichzelf in conflict. Er is een groot tekort aan goedkope en sociale woningen, naast een wijdverspreide leegstand. Er zijn veel kortgeschoolden – 1 op 4 van de Brusselse jongeren behaalt zijn hoger secundair diploma niet en nieuwkomers krijgen vaak geen erkenning voor hun diploma, terwijl de Brusselse arbeidsmarkt vooral nood heeft aan ‘erkende’ hooggeschoolden. Rijk en arm wonen in verschillende wijken van deze stad, gescheiden door een zichtbare en onzichtbare grenzen.

De reeks in de krant geeft inzicht en wekt empathie. Alleen jammer van die ondertitel: ‘De Standaard volgt het leven van de migrant’. De man op de foto bestaat wel, maar ‘de migrant’ bestaat voor mij niet. Superdiversiteit is meer dan ooit de term van de 21ste eeuw en staat voor diversificatie binnen de diversiteit. Gender, leeftijd, arbeidsmarktpositie en socio-economische situatie zijn veelvoudige factoren die deze superdiversiteit vorm geven. Asielzoekers, gezinsherenigers en mensen zonder papieren zijn containerbegrippen en dekken de lading niet. Meer dan 60% van de inwoners van Brussel heeft een migratieachtergrond. In bepaalde gemeenten meer dan 90%. Dit is een majority-minority city: de meerderheid van de bevolking behoort tot een minderheid. Al die mensen verschillen evenveel van elkaar dan dat ze op elkaar gelijken.

Sociale mobiliteit

Gelukszoekers komen toe in de aankomstwijken, waar de socio-economische situatie van de inwoners al schrijnend is. Toch dienen deze wijken als transitruimten die kansen bieden. Ze doen dat niet zozeer via de ‘sociale mix’ waar beleidsmensen naar streven. Onderzoek toont aan dat de middenklasse en de nieuwe Belgen niet per se met elkaar in contact komen omdat ze naast elkaar wonen. Het is belangrijker sociale mobiliteit centraal te stellen: help mensen aan een goede woning en job, kwalitatief onderwijs en zinvolle vrijetijdsbesteding.

Zodat niet de moeheid na vele afwijzingen toeslaat, maar de hoop en de dynamiek blijft leven. Zulk sociaal stijgingsperspectief biedt opportuniteiten voor alle Brusselaars, ook voor de man met zijn bruine T-shirt en gebleekte jeans.

Hij verliet hoopvol zijn land van herkomst, met of zonder transnationaal netwerk. Hij maakte de sprong vol vertwijfeling, vol angst, maar ook vol moed en met hoop op een betere toekomst. Hij kiest misschien om te blijven in Schaarbeek, Sint-Jans Molenbeek, Koekelberg, Sint-Joost -ten Node of Sint Gillis. Of hij vertrekt naar een andere gemeente, regio of het buitenland. Hij neemt het heft in eigen handen, hij zwoegt en huilt, hij lacht en valt en staat weer op. Hij staat er. Zichtbaar en niet verborgen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content