De biologische ouders van baby J. zijn elk veroordeeld tot één jaar cel met uitstel. De ouders van baby J. verkochten hun kind aan een Nederlands koppel voor 7.500 euro.
De Gentse correctionele rechtbank heeft de biologische vader en moeder van baby J., de jongen die ze in 2008 verkochten aan Nederlandse wensouders, veroordeeld tot elk één jaar celstraf met uitstel. De ouders moeten het kind ook een schadevergoeding van 7.500 euro betalen, exact het bedrag dat voor de verkoop werd overeengekomen.
Baby J. werd op 7 juli 2008 bij de burgerlijke stand geregistreerd als kind van een Nederlands koppel uit Sibculo. De biologische moeder was echter op 3 juli bevallen in het Gentse ziekenhuis Jan Palfijn. Ze kon geen identiteitsdocumenten voorleggen en gaf de naam van de Nederlandse wensmoeder op.
Op de parking van het ziekenhuis werd het kind overgedragen aan de Nederlandse wensouders. “Er werd een bedrag van 7.500 euro overeengekomen, maar de wensouders wilden op afbetaling betalen. Er werd twee keer 1.000 euro betaald en daarna zou er telkens 300 euro betaald worden”, zei de openbaar aanklager op de vorige zitting. Het totale betaalde bedrag van 2.600 euro werd door de rechtbank verbeurdverklaard.
Biologische ouders baby J.
“De rechtbank hield rekening met de moeilijke situatie van de ouders”, zegt Sophie Claeys, de advocaat van de biologische ouders. “Ik ben tevreden met de motivatie van de rechtbank en het feit dat er rekening gehouden werd met de moeilijke situatie van de ouders”, zegt meester Claeys. “Ze zijn er zich zeker van bewust dat hun kind de feiten zal blijven meedragen. Ik ga bespreken met mijn cliënten of we beroep aantekenen tegen het vonnis.”
De vader gaf na de zitting te kennen dat hij zich kan vinden in het vonnis van de rechtbank. De moeder was niet aanwezig op de uitspraak. Ze vormen niet langer een koppel. De moeder wil nog altijd opnieuw contact krijgen met het kind, maar voorlopig wordt dat niet toegestaan. Het kind verblijft bij een Vlaams pleeggezin. Volgens advocaat Francis De Decker, die als voogd ad hoc optrad, stelt het kind het goed en is het niet op de hoogte van de procedures voor de
rechtbank.
Draagmoederschap
“Draagmoederschap is in België niet wettelijk geregeld. Het is een politieke kwestie waarover de rechtbank geen uitspraak kan doen”, motiveerde de rechtbankvoorzitter. “Het kind werd de mogelijkheid ontnomen om in een normale gezinstoestand op te groeien en zal ooit zijn afkomst te weten komen. Dat zal hem opzadelen met pijnlijke existentiële vragen. Hier is er sprake van onterende behandeling en commercieel draagmoederschap, want er werd een aanzienlijke geldsom bepaald. De commerciële handel in kinderen kan simpelweg niet worden getolereerd.” (Belga/INM)
