Benelux heeft zeker nog ruimte voor extra militaire samenwerking

(Belga) Hoewel de Benelux-landen nu reeds op heel wat vlakken de handen in mekaar slaan, kunnen ze hun militaire samenwerking nog opvoeren door bijvoorbeeld vaker materiaal samen aan te kopen en te delen. Dat hebben hooggeplaatste Belgische militairen laten verstaan.

Sinds december vorig jaar wordt op politiek en militair niveau onderzocht in welke mate België, Nederland en -tot op zekere hoogte- ook Luxemburg hun militaire samenwerking kunnen “intensifiëren”. “We hebben vier domeinen afgebakend: materiaal, logistiek en onderhoud van het materiaal, de opleiding van militairen in het land met de meeste expertise en de gezamenlijke aankoop van uitrusting”, verduidelijkte kolonel Roger Housen vrijdag voor een commissie van het Beneluxparlement. Housen is een medewerker van stafchef Charles-Henri Delcour, het hoofd van het Belgische leger. Luitenant-generaal Guido Andries voegde daar evenwel aan toe dat het uitdiepen van de militaire samenwerking erg moeilijk is zonder gezamenlijke politieke beslissingen. Het hoofd van het departement Strategie binnen de generale staf herinnerde concreet aan de verschillende missies die Brussel en Den Haag hun F-16’s meegaven voor de NAVO-operatie in Libië. Tot slot duikt ook de kwestie van gespecialiseerde legers regelmatig op in budgettair moeilijke tijden, onder meer binnen de NAVO en de Europese Unie. Kolonel Housen merkte in dat verband op dat België en Nederland daar reeds lang voor gekozen hebben. Bovendien hopen ze nog stevig op de ingeslagen weg te kunnen voortgaan, klonk het nog. (KAV)