Belgisch verbod op verkoop met verlies strijdig met Europees recht

(Belga) Het Belgische verbod voor handelaars om producten te verkopen tegen een prijs die lager is dan de inkoopprijs, is in strijd met het Europese recht. Dat antwoordt het EU-Hof van Justitie vandaag op een vraag van de rechtbank van koophandel in Gent.

In de zaak waar het om draait, bood een elektronicawinkel twee fotocamera’s te koop aan tegen een prijs die volgens een concurrent zo laag was dat er wel sprake moest zijn van verkoop onder inkoopprijs. Het Hof legt uit dat dat “lokvogelprocédé” – dat consumenten naar de winkel moet lokken om hem tot kopen aan te zetten – niet onder de oneerlijke handelspraktijken valt die opgesomd staan in de Europese richtlijn voor bescherming tegen oneerlijke handelspraktijken. Deze richtlijn zegt ook dat België en de andere lidstaten geen regels mogen opstellen die strenger zijn dan Europees is vastgelegd. Met andere woorden: als verkoop met verlies door Europa niet verboden wordt, mag België dat ook niet doen. In de richtlijn staan verder enkele criteria opgesomd om te bepalen of een handelspraktijk al dan niet oneerlijk is en dus verboden moet worden. Daarbij wordt vooral de vraag gesteld of het economische gedrag van de consument wordt verstoord. Het is aan de (nationale) rechter om daar geval per geval over te oordelen. Het Belgische recht verbiedt verkoop met verlies evenwel in alle gevallen en in alle omstandigheden. Dit ontneemt de rechter de mogelijkheid om in een concreet geval na te gaan of het handelsgedrag van een onderneming wel of niet eerlijk is, analyseert het Hof. “Om deze reden”, luidt het in Luxemburg, “komt het Hof tot de conclusie dat het Belgische verbod op verkoop met verlies, voor zover het de bescherming van de consument beoogt, in strijd is met het Europees recht.” (ANA)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content