Antwerps burgemeester Bart De Wever vindt dat het GAS-systeem, dat zoveel kritiek krijgt, gebruikt kan worden om met radicale moslimjongeren in gesprek te gaan.
Na het overleg van de burgemeesters van Antwerpen, Mechelen en Vilvoorde over de aanpak van radicaliserende moslimjongeren in ons land pleit de Antwerpse burgemeester Bart De Wever (N-VA) voor een dialoog met de jongeren.
Om te voorkomen dat radicale moslimjongeren naar Syrië trekken om er te vechten wil De Wever werken via de omgeving van de jongeren. Hij wil de dialoog aangaan met jongeren die geen perspectief hebben via het onderwijs, de moskeeën en sociaal-, jeugd-, en straathoekoverleg. Ook de overtuigde (autochtone) moslimradicalen moeten worden aangepakt. ‘Vaak zijn goed opgeleide jongeren de kern van die radicalen Het is beter tijdig om in te grijpen, dan te wachten tot ze in Syrië bij Al-Qaïda zitten’, ei Bart De Wever in De Ochtend op Radio 1.
‘We moeten hen benaderen via het milieu waarin ze actief zijn. De omgeving reageert vaak handelingsonbekwaam. Ouders zien hun kinderen letterlijk radicaliseren achter de computer. Er was een school waar plots een tiental leerlingen vroeg om te mogen bidden, inclusief ritueel voetenwassen. Dan is er iets aan de hand. Je hebt een keten nodig, dat kan ingrijpen’, aldus De Wever.
GAS-boetes
De Wever vindt het systeem van de GAS-boetes een uitstekend middel om de jongeren te bereiken en hun familiale situatie te leren kennen. ‘We moeten de dialoog aangaan met die jongeren, hen uit die radicalisering trekken. Het is niet eenvoudig. Wij hebben in Antwerpen al enkele jongeren in kaart gebracht, wij gaan daarmee in gesprek. Het GAS-systeem, dat zoveel kritiek krijgt, kan daarin gebruikt worden. Het was altijd de bedoeling van dat systeem om tijdig in te grijpen. Het detecteren van internet, waar hallucinante zaken gedeeld worden, is ook een deel van de aanpak’, zegt De Wever.
‘We moeten radicaal tegen radicalisme zijn’(Nordine Taouil)
Nog in De Ochtend zegt de Antwerpse imam Nordine Taouil dat jongeren vragende partij zijn om door imams geïnformeerd te worden over hun geloof. Hij pleit voor een duidelijke aanpak. ‘Wij moeten radicaal tegen radicalisme zijn. Ook binnen de moslimgemeenschap. Wij moeten ook echt met elkaar overleggen, niet alleen maar wijzen naar de overheid’, aldus Taouil.
‘Wij hebben veel mensen op het terrein die enorm veel ervaring en contacten hebben, wij weten hoe we die mensen moeten aanpakken, we komen ze tegen in de moskeeën, weten hoe ze denken.’ (TE/SD)
