De nationale raad van de Orde der artsen wil niet dat de meldingsplicht voor dokters bij patiënten met genitale verminking wordt uitgebreid naar alle, en niet alleen minderjarige, vrouwen. Dat blijkt uit een advies over een wetsvoorstel daarover van CD&V-Kamerleden Els Van Hoof en Nahima Lanjri.
De raad vindt dat de huidige reglementering, die stelt dat een arts de feiten mag aangeven als de patiënte minderjarig is of zich in een kwetsbare situatie bevindt, voldoende is en dat de wilsautonomie geëerbiedigd moet wordt. ‘Het is niet noodzakelijk om dit ‘spreekrecht’ door een bijkomende bepaling uit te breiden tot het geval waarin de patiënte bekwaam is te oordelen en haar belangen te verdedigen’, klinkt het.
Daarnaast vreest de raad dat ‘het opheffen van de waarborg tot eerbiediging van de vertrouwelijke mededelingen’ tot gevolg zou kunnen hebben dat patiëntes afzien van verzorging, uit vrees dat de feiten aangegeven zullen worden.
Leeftijdsbeperking niet logisch
Kamerlid Els Van Hoof is niet verbaasd met het standpunt van de artsen. ‘Het beroepsgeheim is namelijk een zeer gevoelige kwestie bij artsen in België’, zegt ze. ‘Maar ik vind het niet relevant om een leeftijd op die meldingsplicht te plakken. Het is niet logisch dat genitale verminking bij een 16-jarige wel nog gemeld moet worden, maar bij iemand van 18 jaar niet meer.’
Het wetsvoorstel voorziet daarnaast in de verplichte optekening van genitale verminkingen in het ziekenhuisdossier. ‘Hoewel het inzamelen van gegevens noodzakelijk is, meent de nationale raad dat dit dient te gebeuren via een specifiek register, gesuperviseerd door een erkende structuur, en niet via het ziekenhuisdossier. De anonimiteit van de patiëntes moet gevrijwaard worden’, luidt het in het advies. ‘De toegang tot dit register mag niet beperkt worden tot de artsen die in een ziekenhuis werken.’
‘Wat dat register betreft, moet gewoon de doelstelling bereikt worden. Als er betere voorstellen zijn, gaan we die bekijken’, reageert Van Hoof. ‘Dit advies is een van de vele die we gevraagd hebben. In het najaar gaan we die allemaal bekijken en kan de discussie worden voortgezet.’ (BELGA/JVL)
