Peter Mertens (PVDA)

‘Antwerps verenigingsleven zwaar getroffen door de imago-verlagende taks’

Peter Mertens (PVDA) Kamerlid PVDA

“De taks op imago-verlagende zaken is een aanslag op het karige inkomen van de kleine zelfstandigen. En het is ook een aanslag op vrijwilligersorganisaties die zorgen voor de sociale cohesie in de stad”, zegt Peter Mertens (PVDA), nu blijkt dat ook tientallen Antwerpse verenigingen door de taks getroffen worden. “Uiteindelijk zullen dit soort maatregelen vooral het imago van Antwerpen zelf verlagen.”

De Stad Antwerpen roept haar burgers al jaren op om zich actief in te zetten voor de samenleving. Zo vindt Opsinjoren elk jaar opnieuw honderden straatvrijwilligers voor de lentepoetsen. De koekenstad bruist van verenigingsleven. Voetbalkantines, parochiezaaltjes, jeugdhuizen, thee-huizen, sportclubs, allemaal georganiseerd in kleine verenigingen zonder winstoogmerk, een vzw dus. Ze werken allemaal aan ontmoeting, aan spel, aan vorming of aan sport en worden ondersteund door vrijwilligers. Vlaamser kan het haast niet, in één van de regio’s met het rijkste en grootste verenigingsleven van Europa.

Dezer dagen krijgen echter heel wat Antwerpse verenigingen een rekening van 1.500 euro in de bus. Het gaat om de zogenaamde extra-taks tegen ‘imago-verlagende’ verenigingen en ondernemingen. Die taks werd begin dit jaar door het stadsbestuur en stoemelings door de gemeenteraad gedrukt. De taks stond als dusdanig niet apart geagendeerd, maar bleek achteraf vakkundig verborgen te zitten onder een nieuwe reglementering voor horeca, waarin ook heel wat goede afspraken stonden. De oppositie liet zich dus ringeloren.

De vraag van PVDA-raadslid Mie Branders op de gemeenteraad nadien om de kwestie van de imago-verlagende taks toch in alle transparantie en openheid als een apart agendapunt te kunnen bespreken, werd door het stadsbestuur bijna zelf weggezet als een imago-verlagende-vraag. Ondanks ons verzet mocht het niet baten: de taks zou er komen, koste wat koste.

Een positief ondernemingsklimaat?

Opvallend: de imago-verlagende taks werd doorgedrukt door precies die partijen die tijdens de verkiezingen de mond vol hadden een positief ondernemingsklimaat. Erg positief is dat klimaat niet te noemen, zo klonk het begin dit jaar meteen al uit de mond van de Berchemse nachtwinkeluitbater Murad Gholi. Voor de camera’s verscheurde hij zijn lidkaart van de N-VA, uit boosheid voor de pest-taks. Ondertussen is de factuur van 1.500 euro deze maand ook echt in de bus gevallen. Bijvoorbeeld van de videotheekuitbaters, zoals bij Video Take Out uit de Volksstraat, een monument voor elke filmliefhebber. Maar ook een zaak die het moeilijk heeft in deze digitale televisietijden. En dus kan zo’n zaak die extra taks niet betalen, en dient ze bezwaar in. “De stad schendt hier het gelijkheidsbeginsel. Men zou beter nadenken aan objectieve criteria waar zaken aan moeten voldoen. Dan kan er opgetreden worden in individuele gevallen als uitbaters die criteria niet volgen”, zegt Jos Vander Velpen, advocaat van Video Take Out in de krant vandaag. “Om die reden vind ik die zogenaamde taks voor zogezegd imago-verlagende zaken vooral slecht voor het imago van Antwerpen.”

Een extra pestbelasting naar kleine zelfstandigen

De taks is een extra pestbelasting, en aan die pestbelasting hangt ook nog een geurtje omdat ze vooral ondernemingen treft in de Antwerpse volkswijken, vaak uitgebaat worden door mensen met allochtone roots. “Het gaat hier uiteraard niet over frauderende diamantzaken of corrupte accountants of advocatenkantoren, en nog minder over een aftandse en gevaarlijke nucleaire centrale op luttele kilometers van het centrum.”, schrijft professor Jan Blommaert. “Neen, het gaat over een bepaald type ondernemingen uitgebaat door kleine zelfstandigen. Dit soort ondernemingen worden nu als ‘vervuiling’ bestempeld, en Schepen Kennis had er weinig moeite mee te stellen dat dit type bedrijven in Antwerpen inderdaad niet welkom zijn.” Het is absurd dat de allergrootste multinationals en containerbedrijven in Antwerpen taksverlaging na taksvoordeel krijgen, terwijl de kleinste ondernemers telkens opnieuw het hardste getroffen worden. Want naast de startbelasting van 6.000 euro is deze jaarlijkse extra taks van 1.500 euro een grote berg voor die kleine zelfstandige. Dit stadsbestuur is ondernemingsvriendelijk naar de giganten en monopolies, de allergrootste spelers. Maar heel wat minder naar de kleine zaak in de wijk. Ondertussen verzet ook Unizo zich tegen de taks, en daarin kunnen we de middenstandsorganisatie heel goed volgen.

Tot… er een brief in de bus valt

Heel wat kleine verenigingen in Antwerpen zijn opgestart door vaders. Het is weinig geweten, maar het is zo. Vaders van opgroeiende tieners, vaak jongens die voetbal spelen op de pleinen of gewoon uit verveling op straat rondhangen. Vaders die de handen in elkaar hebben geslaan, en naar Opsinjoren zijn gestapt. Om samen mee te doen aan de plaatselijke lentepoets, en te laten zien dat ze de handen uit de mouwen kunnen steken. En om hun kinderen te betrekken. Het zijn die vaders die met de hulp van het buurtsecretariaat een leegstaande winkelruimte vinden, en een vzw starten. Ze organiseren een barbecue, voetbaltornooien, opendeurdagen. En in de ontmoetingsruimte bespreken ze de volgende activiteiten. De zaal vast leggen voor de zaalvoetbal, jeugdtrainers vinden voor de jongste ploegjes, vrijwilligers werven voor de pleinactiviteiten. Ze helpen elkaar, als er een moeilijke brief komt van een of andere administratie. Of als iemand niet goed weet hoe een studiebeurs aangevraagd moet worden. Ze werken mee als burger aan een sterker Antwerpen. Tot … er een brief in de bus valt. Een taks van 1.500 euro. Hoe kan dat nu, na alle oproepen in de media tot gemeenschapsdienst, tot verplicht vrijwilligerswerk, tot integratie en snelle activering? Hoe kan zoiets, vragen ze zich af.

De stad wil tientallen Antwerpse verenigingen treffen met de pestbelasting

Inderdaad, hoe kan zo iets? Uit rondvraag bij het middenveld blijkt dat de Stad Antwerpen niet minder dan tientallen Antwerpse verenigingen wil treffen met de pestbelasting. Dat is een gigantisch aantal. Het gaat vooral over vzw’s die sport, spel en vorming organiseren voor jongeren. De uitvalsbasis is vaak het thee-huis, als vzw. Zoals de uitvalsbasis van de tijd toen ik nog voetbal speelde, het plaatselijke duivenlokaal was. Heel wat van die vzw-café’s organiseren zaalvoetbal-competities, na-schoolse activiteiten, hulp bij huiswerk. Ze werken mee aan de straatpoetsacties, ze geven vorming over drugspreventie. Het zijn met andere woorden actieve burgers, die zich vrijwillig inzetten in onze samenleving. En ja, ze drinken thee in de ontmoetingsruimte.

Al die bonafide verenigingen krijgen nu ineens het label ‘imago-verlagende zaak’, en ze vragen zich allemaal af: waarom? Hoe komt dat? We zetten ons net in, in de wijk. En we geven net een alternatief aan jongeren om weg te blijven uit allerlei malafide organisaties. Wat zijn de criteria eigenlijk? En wie beslist dat?

Er bestaan al regels tegen malafide organisaties

Uiteraard, wij zijn niet naïef, er bestaan wel degelijk dubieuze verenigingen die het imago van de hele sector verpesten. Dat is zo in de diamantsector, dat is zo in de bankensector, dat is zo in de sport, en dat is zo bij de theehuizen. Dat men optreedt tegen drugs in de wijk, of tegen andere illegale activiteiten is maar goed ook. Maar daar bestaan nu al regels voor. Regels die het toelaten om bepaalde zaken snel te sluiten. Het is niet nodig om een algemene taks in te voeren tegen zowat alle verenigingen en alle ondernemingen in de volksbuurten, en dan nog eens onder de titel ’taks tegen imago-verlagende zaken’. Daarmee wordt iedereen getroffen, en – erger nog – wordt er een signaal gegeven dat men ook bepaalde verenigingen en vrijwilligersorganisaties liever kwijt dan rijk is.

Uiteindelijk zullen dit soort maatregelen vooral het imago van Antwerpen zelf verlagen

Op elk niveau hebben regeringen en stadsbestuur de mond vol van inburgering en snelle integratie. Voor die tientallen verenigingen en vrijwilligers die ingaan op die oproep, volgt nu dit signaal. Een aanslag op het karige inkomen van de kleine zelfstandigen. Een aanslag op vrijwilligersorganisaties die zorgen voor de sociale cohesie in de stad. Het lijkt er op alsof bepaalde mensen het samenleven in grootsteden per se moeilijker willen maken, en de spanningen in de stad graag zien toenemen. Ik behoor daar niet toe, en dus blijf ik me verzetten tegen deze draak van een taks. Uiteindelijk zullen dit soort maatregelen vooral het imago van Antwerpen verlagen, en zal één van de grootste havensteden ter wereld internationaal vooral bekend worden door haar imago-verlagende-politiek. Of dat zo verstandig is mag u zelf uitmaken.

Partner Content