800.000 mensen in 2011 gedwongen de grens over te vluchten

(Belga) In 2011 werden wereldwijd 800.000 mensen gedwongen om de grens over te vluchten, een nieuw record. Dat staat te lezen in een rapport van het Hoog Commissariaat voor de Vluchtelingen van de Verenigde Naties (UNHCR).

2011 was een aaneenschakeling van grote humanitaire rampen, die eind 2010 begonnen in Ivoorkust en werden opgevolgd door rampen in onder andere Libië, Soedan en Somalië. In totaal raakten vorig jaar 4,3 miljoen nieuwe mensen ontheemd, van wie 800.000 mensen hun land van herkomst ontvluchtten en vluchteling werden, aldus het rapport. Eind 2011 gingen wereldwijd 42,5 miljoen mensen het nieuwe jaar in als vluchteling (15,42 miljoen), binnenlands ontheemde (26,4 miljoen), of in afwachting van een reactie op hun asielaanvraag (895.000). Toch is er ook goed nieuws. Ondanks het groot aantal nieuwe vluchtelingen lag het totale aantal ‘op drift geraakte mensen’ lager dan de 43,7 miljoen in 2010. Dat is voornamelijk een gevolg van het grote aantal binnenlands ontheemden dat naar huis terugkeerde, namelijk 3,2 miljoen of het hoogste aantal in meer dan tien jaar. De meeste vluchtelingen komen nog steeds uit Afghanistan (2,7 miljoen), gevolgd door Irak (1,4 miljoen), Somalië (1,1 miljoen), Soedan (500.000) en Congo (491.000). Ongeveer viervijfde van alle vluchtelingen vlucht naar buurlanden, hetgeen volgens de UNHCR wordt weerspiegeld in de grote vluchtelingenpopulaties in bijvoorbeeld Pakistan (1,7 miljoen mensen), Iran (886.500), Kenia (566.500) en Tsjaad (366.500). Van de geïndustrialiseerde landen is Duitsland het grootste gastland. Het ontving de afgelopen decennia 571.700 vluchtelingen. (HANNAH MCNEISH)