75-jarige dame 40 dagen onschuldig in de cel

Na 40 dagen onschuldig in de cel gezeten te hebben op verdenking van vergiftiging van haar man, werd een 75-jarige dame vrijgelaten.

Na 40 dagen onschuldig in de cel gezeten te hebben op verdenking van vergiftiging van haar man, werd een 75-jarige dame vrijgelaten, zo schrijft Het Nieuwsblad. Blijkt nu dat de man niet vergiftigd werd, maar stierf aan een longziekte.

De man, die aan de ziekte van Parkinson leed, woonde in een tehuis omdat zijn vrouw hem niet meer kon verzorgen. Zijn vrouw bezocht hem en hij bezocht haar ook nog in hun huis op enkele honderden meters van zijn tehuis.

Antidepressivum

Op 1 juli overleed hij in het ziekenhuis, nadat hij onwel was geworden na een bezoek aan zijn vrouw.In zijn bloed werden sporen gevonden van het antidepressivum Anafranil. Omdat de huisarts van het echtpaar dat enkel aan de vrouw had voorgeschreven, dacht de arts dat er kwade wil in het spel was. Het gerecht werd op de hoogte gebracht en de (overgroot)oma verdween voor 40 dagen in de cel.

Pas na die 40 dagen kwam het nieuws dat haar echtgenoot stierf aan een longziekte, veroorzaakt door een virus waarmee hij in het ziekenhuis besmet werd.
Hoewel de vrouw haar onschuld altijd staande hield, heeft ze wel bekentenissen afgelegd. Aan Het Nieuwsblad zegt ze dat ze dat deed na uitputtende verhoren.

“Ja, ik heb gezegd dat ik hem uit zijn lijden heb willen verlossen. Maar dat gebeurde na een tweede verhoor dat zeven uur geduurd heeft. Ik was volledig uitgeput, ten einde raad. Ik heb gezegd wat de speurders wilden horen om eindelijk met rust gelaten te worden.” De vrouw zegt dat bekeken worden als de moordenares van haar man “het ergste is wat mij kon overkomen.”

‘De gevangenis was een verschrikking’

Haar verblijf omschrijft ze in Het Nieuwsblad als “de hel”: “De gevangenis was een verschrikking. Overal prikkeldraad, alsof je in Auschwitz bent. En die cel, zo klein, net een berghok. Gelukkig werd ik opgevangen door mijn celgenote, een vrouw van 51. Zij zat al 13 jaar in de cel. Vraag mij niet wat zij op haar kerfstok heeft, ik heb het haar nooit durven te vragen.”

Beschuldigende vinger naar politie

De vrouw wijst met een beschuldigende vinger naar de politie. “Indien de speurders de bloedanalyses hadden bestudeerd die tijdens de hospitalisatie werden uitgevoerd, dan hadden zij al kunnen weten dat mijn man op de dienst intensieve zorgen Anafranil toegediend had gekregen. En uit het verslag van zijn overlijden hadden ze kunnen besluiten dat hij aan een virale infectie van de longen bezweken was. Ik heb 40 dagen in de hel doorgebracht voor niets. Ik laat het hier niet bij.” (SD)