Urbain Vandormael

Wordt verkiezing ‘Auto van het Jaar’ een Duits – Frans duel?

Urbain Vandormael Expert autosector. Schrijft op Knack.be wekelijks over nieuwigheden in autoland.

Tot vrijdag 28 februari hebben de 58 juryleden nog de tijd om hun stem uit te brengen voor de ‘Auto van het Jaar’. De zeven genommineerden zijn aan elkaar gewaagd, met een kleine voorsprong voor de BMW i3. Maar alles is nog mogelijk, zo is te horen. Op maandag 3 maart om 16 uur weten we meer.

Precies 50 jaar geleden werd de Roover 2000 verkozen tot de eerste ‘Car of the Year’. Het initiatief ging uit van de Nederlandse autojournalist Fred van der Vlugt. Die genoot in eigen land grote bekendheid als hoofdredacteur van het magazine Autovisie en presentator van een populair autoprogramma op de Nederlandse buis. Voor ambitieus Fredje niet genoeg, hij wilde ook internationaal een woordje meepraten en slaagde erin buitenlandse collega’s te overtuigen om samen een verkiezing van de ‘auto van het jaar’ te organiseren – over de grenzen heen. Tot eer en meerdere glorie van zichzelf en hun medium.

Sommige landen zijn sterker vertegenwoordigd dan andere

Zes Europese autobladen (Auto, Autocar, Autopista, Autovisie, L’Automobile Magazine en Vi Bilägare) en één Duits nieuwsmagazine (Stern) sloten zich aan bij het initiatief, de jury telde 26 autojournalisten uit 9 landen. Ondertussen is hun aantal aangedikt tot 58 uit 22 landen. De landen met een rijke autotraditie – ik noem Duitsland, Frankrijk, Italië, Spanje en het Verenigd Koninkrijk – zijn vertegenwoordigd met ieder zes journalisten, de andere landen moeten het stellen met één, twee of drie leden. Die verdeling is gebaseerd op het aantal geproduceerde en verkochte wagens per land, maar dat is theorie. Zo mag Nederland drie leden afvaardigen en België twee, terwijl ons land drie autofabrieken telt en Nederland slechts één. Het grote Rusland wordt nog sterker gediscrimineerd en moet vrede nemen met amper twee juryleden terwijl het over een gigantisch grote automarkt beschikt – met een eigen autoproductie die in de miljoenen loopt. Voor België zetelen Tony Verhelle (AutoGids) en Stéphane Lémeret (freelancer) in de jury, bekwame en kritische journalisten.

Volgens een intern reglement moeten de juryleden actieve, professionele en onafhankelijke fulltime autojournalisten zijn. Hun geslacht doet er niet toe, wat verklaart waarom er slechts één vrouw in de jury zit. Wordt een jurylid 65 jaar moet hij of zij ontslag nemen. In de praktijk neemt de vereniging het echter niet zo nauw met de naleving van haar eigen rgels. Zo bestaan er twijfels over de onafhankelijkheid van enkele leden, maar niemand die de kat de bel wil aanbinden. Dat Fiat acht trofeeën in de wacht heeft gesleept tegenover slechts één voor Mercedes (1974) en drie voor Volkswagen (1992, 2010 en 2013), dat een premiummerk als BMW nog altijd niet in de prijzen is gevallen, doet inderdaad vragen rijzen over de onpartijdigheid van de juryleden én over de oververtegenwoordiging van de Zuid-Europese landen in de jury. De stemmen van de Franse, Italiaanse en Spaanse leden wegen immers zwaar door in de eindafrekening: elk jurylid mag 25 punten verdelen, over tenminste 5 auto’s. Hij of zij mag zijn favoriete auto maximaal 10 punten toekennen en slechts één auto op de eerste plaats zetten.

35 kanshebbers en 7 genomineerden

Om in aanmerking te worden genomen, moet een nieuw model in tenminste vijf Europese landen op de markt zijn en moet het gaan om een model met een verwachte verkoop van minstens 5.000 exemplaren. De kandidaten worden beoordeeld op volgende criteria: design, comfort, veiligheid, verbruik, rijeigenschappen, prestaties, functionaliteit, milieubelasting en prijs. Begin oktober verzamelden de 58 COTY-leden gedurende enkele dagen op een verlaten vliegveld nabij het Deense Tannisby, voor vergelijkende tests met de 35 kandidaten. Op het einde werd een shortlist samengesteld van zeven genommineerden (BMW i3, Citroën C4 Picasso, Mazda 3, Mercedes S, Peugeot 308, Skoda Octavia, Tesla S) die midden februari een tweede keer werden getest op een klein circuit in de omgeving van Parijs.

Wordt verkiezing 'Auto van het Jaar'  een Duits - Frans duel?

Peugeot 308

Nu de tests achter de rug zijn, is het wachten op de bekendmaking van de uitslag op maandag 3 maart, op de vooravond van de opening van het Autosalon van Genève. “Ik ben er zelf nog niet uit hoe ik mijn punten ga verdelen, vraag mij dus niet om een voorspelling te maken. Ik kan alleen maar bevestigen dat de kandidaten aan elkaar gewaagd zijn.” Dat zegt Tony Verhelle, hoofdredacteur van Auto Gids en lid van de jury van de Auto van het Jaar.

Stemgedrag van de juryleden wordt publiek gemaakt

Naar verluidt geldt de BMW i3 als de grootste kanshebber. Overlopen we de lijst van de laureaten dan blijkt dat de Italiaanse en Franse merken de meeste overwinningen hebben behaald. Wordt het dit keer een Duits-Frans duel of wint een outsider? En hoe onpartijdig zijn de juryleden?

Tony Verhelle: “Het is juist dat de Italiaanse en Franse merken vaker in de prijzen gevallen zijn dan de Duitse, maar dat is nog geen bewijs van partijdigheid van bijvoorbeeld de Franse juryleden. Ik ga ervan uit dat alle juryleden het aan hun lezers en zichzelf verplicht zijn om zo objectief mogelijk te oordelen, al geef ik toe dat niemand honderd procent objectief is. Het feit dat ons stemgedrag publiek bekend wordt gemaakt, heeft zeker een ontradend effect. Uit ervaring weet ik dat de Zuid-Europese juryleden veel belang hechten van de verhouding prijs/kwaliteit – wat zeker in het nadeel speelt van de Duitse premiummerken. Van de Duitse juryleden is bovendien geweten dat die zich zeer kritisch opstellen, ook tegenover producten uit eigen land. Normaal gezien beschikt de BMW i3 over de beste troefkaarten, door zijn revolutionair concept. Maar uit gesprekken met mijn Oost-Europese collega’s leid ik af dat zij niet warmlopen voor het E-project. Hun stemgedrag zou weleens bepalend kunnen zijn voor de uitslag, en met dit in mijn achterhoofd schrijf ik de Skoda Octavia niet bij voorbaat af als kandidaat-winnaar. Alles is mogelijk.”

Appelen met peren vergelijken

Overlopen de lijst met genommineerden dan zou ik het logisch vinden dat de Mercedes S als winnaar uit de bus komt. Voor pers en publiek geldt hij momenteel als de beste auto ter wereld. Maar omdat hij zeer duur is, maakt hij weinig kans – zo is te horen. Dat geldt ook voor de Tesla S en bij uitbreiding zelfs voor de BMW i3 – 40.000 euro voor een stadsauto is niet niks. De Citroën C4 Picasso is wellicht te weinig vernieuwend om het te kunnen halen van de Mazda 3, Peugeot 308 en Skoda Ocativia. Het blijft dus een dubbeltje op zijn kant.

Wint de i3 dan is het de eerste keer dat BMW in de prijzen valt. En dat voor een merk dat echt wel een voortrekkersrol vervult, maar duur is en dat daarom geen genade vindt in de ogen van de Zuid-Europese juryleden. Bovendien vergelijken de juryleden hier appelen met peren. Een Mercedes S kost drie keer meer dan een Citroën C4 Picasso, Mazda 3, Peugeot 308 of Skoda Octavia en vanzelfsprekend biedt die meer rij- en zitcomfort en nog meer rijhulpsystemen dan een goedkope middenklasser. Toch is het goed mogelijk dat één van hen straks voor de Mercedes S eindigt. Dat is toch de wereld op zijn kop… waarom geen verkiezing per prijsklasse en/of per koetswerkmodel, naar het voorbeeld van de Duitse magazines AutoBild en Auto, Motor und Sport? Waarom is dat al niet eerder gebeurd, wie staat hier op de rem en waarom? Voor de consument levert zo’n vergelijking een beter houvast op, maar misschien is het daarom niet te doen en is de verkiezing van de Auto van het Jaar niet meer dan een marketingtool – om de consument te misleiden?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content