Renault Kadjar combineert Japanse knowhow met Franse charme en finesse

Het C-segment is goed voor net geen 40 procent van de autoverkoop in ons land. Binnen dit segment valt de spectaculaire stijging op van de verkoop van compacte SUV. Renault was lange tijd niet vertegenwoordigd in dit subsegment van de markt, met de Kadjar komt daar nu verandering in.

1999 was een slecht jaar voor het eergevoel van de Japanners. Het Franse Renault verwierf immers 43,4 procent van de aandelen van Nissan dat in zwaar vaarwater terecht was gekomen en kopje onder dreigde te gaan. Enkel een drastische koerswijziging kon redding brengen voor het zwalpende schip.

Renault-topman Louis Schweitzer stuurde daarom zijn rechterhand Carlos Ghosn naar de Nissan-hoofdzetel in Yokohama, om orde op zaken te stellen. De manager van Libanese afkomst had naam gemaakt als kostenkiller bij de Franse bandenfabrikant Michelin in de Verenigde Staten.

Wat uitzag als een mission impossible bleek een kolfje naar de hand van de gevolmachtigde uit Parijs. Als eerste maatregel sloot hij vijf fabrieken en herleidde het aantal toeleveranciers met de helft. Wie aan boord bleef, werd verplicht om de prijs van zijn onderdelen met 20 procent te verlagen. Vervolgens nam hij het hopeloos verouderde productieapparaat onder handen, waarna Nissan efficiënter en goedkoper ging produceren.

In 2004 – amper vier jaar na zijn aantreden – had Ghosn het noodlijdende Nissan omgetoverd tot een van de meest winstgevende automerken ter wereld. Voor de uitermate ambitieuze manager lag de weg breed open om de operationele baas te worden van de alliantie Renault/Nissan.

Samenwerken bespaart veel tijd, geld en energie

In 2005 was het zover, Carlos Ghosn volgde Louis Schweitzer op als PDG van het concern. Gesterkt door zijn successen bij Nissan sloopte hij eerst enkele heilige huisjes op het Parijse hoofdkantoor om vervolgens nieuwe lijnen uit te zetten. Om de achterstand van Renault tegenover zijn directe concurrenten op het vlak van hybridetechnologie ongedaan te kunnen maken, trok hij resoluut de kaart van de elektrische aandrijving.

In korte tijd promoveerde de alliantie Renault/Nissan van meeloper tot koploper in de wedren naar nuluitstoot van schadelijke uitlaatgassen. Renault bleef daarnaast fors investeren in de uitbouw van het Roemeense low cost merk Dacia en werd meerderheidsaandeelhouder van de Russische autoconstructeur AvtoVaz, bij ons beter bekend als de producent van Lada.

Renault sloot ook samenwerkingsakkoorden af met Mercedes-Benz, voor de ontwikkeling en productie van de opvolger van de Smart alsook voor de levering van motoren voor de Mercedes A-, B- en C-klasse. Dat betekende een serieuze opsteker voor het imago van het Franse merk, terwijl heel wat traditionele Mercedes-klanten dat – geheel ten onrechte – aanvoelden als een regelrechte afwaardering van het premiumkarakter van hun merk. Zij moeten weten dat automerken niet langer bij machte zijn om alles in eigen regie uit te voeren: samenwerken bespaart veel tijd, geld en energie! Mercedes-Benz heeft de fout gemaakt te lang te blijven vasthouden aan voorbijgestreefde businessmodellen en heeft daar een hoge rekening voor betaald. Gelukkig heeft het management daar de nodige lessen uit getrokken en gepast gereageerd.

Maar ook Renault kende een mindere periode: de verkoop van elektrische auto’s bleef ver beneden de verwachtingen en door de implosie van de autoverkoop in Rusland leverde de overname van AvtoVaz niet de verhoopte omzetstijging en winst op. Bovendien kon Renault geen graantje meepikken van de positieve ontwikkeling van de SUV-markt – bij gebrek aan een aantrekkelijk aanbod, terwijl alliantiegenoot Nissan met de Qashqai over een bestseller in dit marktsegment beschikte.

Kadjar profiteert van knowhow van Qashqai

Met jaren vertraging vult Renault nu die leemte op. In feite vormde de Captur – op basis van de nieuwe Clio – al een eerste aanzet in die richting, maar met de Kadjar zet de Franse constructeur voor het eerst een volwaardige crossover of compacte SUV in de markt die met kans op succes de strijd kan aangaan met een reeks concurrenten uit Europa en Azië.

Renault-woordvoerder Karl Schuybroek maakt er geen geheim van dat de Kadjar onderhuids grote gelijkenis vertoont met de Qasqhai. ‘Qashqai is al jaren een bestseller in zijn segment en heeft zijn deugdelijkheid ruimschoots bewezen. Het was dus niet onverstandig van onze ingenieurs om gebruik te maken van de knowhow en ervaring van hun Japanse collega’s. De motoren en onderdelen zijn voor ruim 60 procent identiek en hoewel beide modellen gebruikmaken van hetzelfde CMF C/D platform is de Kadjar 7 cm langer en biedt hij meer zit- en bagageruimte (527 – 1478 l). Qua look en feel verschillen de Kadjar en Qashqai compleet. De aankleding van de Kadjar is 100 procent Renault, dankzij het gebruik van hoogwaardige materialen en originele kleurencombinaties, helemaal in de lijn die is uitgetekend voor het hele gamma.’

Ook uiterlijk is er van enige verwantschap tussen de zustermodellen geen sprake. Die is er wel tussen de Kadjar en de Captur, hier vind je het vloeiende lijnenspel terug dat typerend is voor alle nieuwe Renault-modellen en dat de signatuur draagt van designdirecteur Laurens van den Acker. Die kan als geen ander een auto een emotionele uitstraling bezorgen die niemand onberoerd laat. Met fijnzinnige ingrepen zet hij accenten die ertoe doen en een warme band creëren tussen mens en machine. Hoewel we hier te maken hebben met een voor Renault nieuw concept straalt de Kadjar maturiteit en deugdelijkheid uit, alle info- en bedieningselementen zitten op de plaats waar je die instinctmatig verwacht.

Het grote tft-scherm van het dashboard biedt keuze uit vier weergavemodi en vijf instelbare kleuren, die kunnen aangepast worden aan de persoonlijke wensen. Het R-Link 2 systeem garandeert een intuïtieve connectiviteit op maat: er kunnen tot zes verschillende profielen worden opgeslagen, elk met hun eigen R-Link 2-interface, met eigen instellingen voor de rijhulpsystemen en navigatie- en multimediavoorkeuren. De digitale audiokwaliteit van het DAB-netwerk verhoogt de klankkwaliteit.

Gebruiksvriendelijk en polyvalent

Het interieur laat zich vlot en snel moduleren, met één handgreep kan je de achterbank ontgrendelen en in twee delen neerklappen. De passagierszetel voorin kan je omvormen tot een tafeltje, zo ontstaat een laadlengte van 2,5 meter. De twee posities van de koffervloer bieden de keuze tussen een hoge stand die een vlakke laadvloer creëert of een lage stand voor een maximaal laadvolume. Verspreid over het interieur zijn er ook tal van praktische opbergvakken voor klein gerief.

Het motorenaanbod omvat een TCe 1.2 liter turbobenzinemotor (130 pk, 126 g CO2/km) en twee dieselmotoren (dCi 110 en dCi 130) die sterke prestaties koppelen aan een lage CO2-uitstoot en laag verbruik. Voor precieze verbruikswaarden is het wachten op de resultaten van een uitgebreide roadtest, na de zomer. Een handgeschakelde 6-versnellingsbak is standaard, een automatische versnellingsbak is er voor de dCi 110 dieselmotor, 4×4 enkel in combinatie met de krachtige cDi 130 diesel. In die configuratie is de Kadjar geschikt voor avontuurlijke offroad-ritjes, maar een echt werkpaard is hij natuurlijk niet. Kan ook niet voor de prijs van 32.500 euro; in zijn goedkoopste uitvoering (TCe 130) kost de Kadjar 21.950 euro, wat een scherpe prijs is in verhouding tot het hoge uitrustingsniveau en de overtuigende rijprestaties, zowel op de weg als onverhard.

In- en uitstappen is een makkie door de hoge zitpositie die je ook nog eens een veilig gevoel en goed overzicht over het verkeer garandeert. Parkeren levert weinig problemen op, dankzij een korte draaicirkel van 10,72 meter. Zo gewenst, neemt de Easy Park Assist die taak graag van je over.

Video: Renault Kadjar met interview Schuybroek