De Kadett is de stamvader van de huidige Astra en was in zijn tijd ook een succesnummer met een verkoop van 2,6 miljoen exemplaren van de B-serie die net 50 jaar geleden werd gelanceerd.
Wie A zegt, moet ook B zeggen, dacht men bij Opel in 1965. Toen verving de nieuwe Kadett B zijn succesvolle voorganger, de Kadett A. De opvolger van de eerste naoorlogse Kadett was 18 centimeter langer en mat meer dan vier meter. Hij was beschikbaar in vier uitvoeringen: als twee- of vierdeursberline, als Caravan of break en als coupé. Het sierlijke silhouet van de coupé was duidelijk geïnspireerd op fastbackmodellen zoals de Chevrolet Chevelle uit de Verenigde Staten: een vlakke, schuin aflopende achterkant gaven de coupé een snelle, dynamische vorm. De drie ventilatie-openingen in de achterste zuil schreven zelfs geschiedenis in de autosector: deze modellen, in het Duits bekend als “Kiemencoupés” (kieuwen coupés) zijn ook vandaag nog erg gegeerd bij liefhebbers. In lijn met het algemene sportieve design, leverde de motor 5 pk extra, zodat 45 pk gepuurd werd uit een cilinderinhoud van 1.078 cm3. Ook een 1,1-liter S-motor met een hogere compressie en 55 pk was leverbaar. Daar kwam in 1966 een krachtige versie van de korteslagmotor bij, met 60 pk en een dubbele carburator. Het hoogtepunt was de 90 pk sterke 1,9-liter viercilinder uit de Rekord C, die in 1967 werd gemonteerd in de rallyversie. De Kadett B boekte onmiddellijk succes en reeds het eerste jaar rolden er meer dan 105.000 exemplaren van de band. Het succes reikte ook verder dan de Duitse grens: ongeveer 50 procent van de productie was voor de export bestemd. Hij was terug te vinden op de wegen van 120 landen en was dus een echte internationale auto. (Belga)
