Fabriekssluitingen zijn onafwendbaar

Het gaat niet goed met de autoverkoop. Naar verwachting zullen dit jaar 70 miljoen nieuwe auto’s worden verkocht. Dat is zo’n 8 procent minder dan in 2011, dat ook al geen topjaar was.

Het gaat niet goed met de autoverkoop. Naar verwachting zullen dit jaar 70 miljoen nieuwe auto’s worden verkocht. Dat is zo’n 8 procent minder dan in 2011, dat ook al geen topjaar was. Voor Europa wordt gerekend met een terugloop van minstens 5 procent. Dat kan niet zonder gevolgen blijven. Het goede nieuws is dat de verkoop van de Duitse premiummerken buiten Europa fors vooruitgaat. Audi, BMW, Mercedes, Porsche en VW hebben de voorbije weken het ene zegebulletin na het andere de wereld ingestuurd. De Duitse constructeurs – op uitzondering van Opel – hebben immers het beste jaar ooit achter de rug. In de zogenaamde groeilanden doen zij nu gouden zaken. Dat heeft te maken met de ijzersterke reputatie van de Duitse merken. Voor de nieuwe rijken zijn Duitse luxeauto’s een manier om hun rijkdom te etaleren voor de buitenwereld. Ook Rolls-Royce (eigendom van BMW) en Bentley (eigendom van Volkswagen) profiteren van de hausse in Azië.

In Europa is de situatie minder rooskleurig. Uit recente cijfers van de vereniging van Europese autoconstructeurs Acea blijkt dat de autoverkoop in Italië en Frankrijk sinds begin van dit jaar met 21 procent is gedaald, de situatie in Spanje is ronduit rampzalig. De terugloop op de Belgische markt bedraagt zo’n 13 procent en treft vooral de Franse volumemerken Renault (- 20 procent) en Peugeot/Citroën (- 18 procent) en het Duitse Opel (- 17 procent), dat er maar niet in slaagt om de neerwaartse spiraal te keren. Het goede nieuws komt uit Groot-Brittannië en Duitsland, met een lichte stijging van de verkoop met respectievelijk 0,3 en 1,3 procent.

Dat de markt van de kleine gezinswagens fors achteruitgaat in ons land, heeft te maken met de onzekere economische situatie én het afschaffen van de ecopremies. Dat was te voorzien. Door de nieuwe berekening van het voordeel van alle aard voor wie met een bedrijfswagen rijdt, is ook de vraag naar grote luxeauto’s gedaald. Ook dat stond in de sterren geschreven. Al moet hier eerlijkheidshalve aan worden toegevoegd dat een Belgische werknemer in het bezit van een bescheiden bedrijfswagen nog altijd meer financieel voordeel doet dan zijn collega in onze buurlanden.

In Europa wordt geen geld meer verdiend

Aan de ene kant worden minder auto’s verkocht in Europa, aan de andere kant wordt hier ook geen geld meer verdiend. Door de ongenadige concurrentiestrijd zijn de winstmarges gesmolten als sneeuw voor de zon. Dat geldt ook voor de Duitse premiummerken, maar zij kunnen het verlies in Europa compenseren met goede winstresultaten buiten Europa. Omdat de Franse en Italiaanse volumemerken – met inbegrip van Opel – veel minder sterk vertegenwoordigd zijn buiten Europa, gaan zij moeilijke tijden tegemoet. Europa kampt met overcapaciteit en dat probleem kan enkel worden opgelost door fabrieken te sluiten.

Opel en Fiat hebben vorig jaar ieder een plant gesloten, andere zullen volgen. Bij Opel wordt achter de schermen onderhandeld over de sluiting van nog twee fabrieken en bij de groep PSA (Peugeot/Citroën) is te horen dat minstens één fabriek dicht moet. Bij Renault houdt men de lippen stijf op elkaar, tot na de Franse presidentsverkiezingen allicht. Voor de Belgische fabrieken van Audi in Vorst en Volvo in Gent is een sluiting niet aan de orde, die kunnen de vraag niet volgen. Ook bij Ford Genk moet men zich geen al te grote zorgen maken. Vanaf 2013 loopt hier de nieuwe Mondeo van de band.

Urbain Vandormael