De auto heeft toekomst (maar dan wel een gedeelde toekomst)

© Belga

Om mobiel te blijven, zullen we auto’s moeten delen. En zal de auto zijn ereplaats bovendien moeten delen met andere vormen van transport. Dat dat best een evolutie is om naar uit te kijken, bleek op het event The Future of Carsharing in Gent.

Wat zijn de oplossingen om de verkeersknoop te ontwarren? Welke plaats heeft de auto in een milieuvriendelijk, veilig en efficiënt mobiliteitsbeleid? Hoe gaat de technologie onze (auto)mobiliteit veranderen? En hoe kunnen individuele burgers, maar zeker ook bedrijven en (lokale) overheden inspelen op de steeds groeiende trend van het autodelen? Het waren vragen die centraal stonden op het event The Future of Carsharing, dat vrijdag 13 mei in Gent werd gehouden. Een initiatief van het Vlaams Netwerk Autodelen (Autodelen.net) in samenwerking met zowat alle autodeelorganisaties die vandaag in Vlaanderen actief zijn. En dat zijn er intussen best wel wat (zie kader).

Dat het evenement in Gent plaatsvond, is niet toevallig, want volgens schepen van Mobiliteit Filip Watteeuw is ze ‘de autodeelhoofdstad van ons land’ (“Er is toch niemand van Leuven in de zaal?” vroeg hij, want ook die stad verdient een ereplaats). Gent telt momenteel 5500 autodelers, en mikt op 20.000 tegen 2020. De stad is de thuisbasis van Dégage, dat met meer dan zestig auto’s en 800 leden de grootste particuliere en niet-commerciële autodeelorganisatie van het land en wellicht ook van Europa is. Niet te verwonderen dus dat Autodelen.net ook van hieruit opereert.

Een nieuwe markt

De markt voor autodelen groeit spectaculair, zei Jeffrey Matthijs, coördinator van Autodelen.net, die zich sterk maakt dat dit “voor bedrijven de komende tien jaar de grootste niche wordt”, want maar liefst 60 procent van de Vlamingen heeft wel interesse voor het concept. En ook gemeentelijke overheden houden de trend maar beter in het oog. Het is immers gebleken dat autodelers meer lokaal shoppen en beduidend minder rijden, wat zowel de economie als de leefbaarheid van steden en dorpen ten goede komt. Tegen 2020 mikt Matthijs op 100.000 autodelers in heel Vlaanderen. Niet alleen goed voor onze klimaatdoelstellingen, maar ook voor onze portemonnee: wie geen eigen wagen heeft, bespaart algauw 1000 à 1500 euro per jaar.

Angelo Meuleman van Taxistop keek nog verder in de toekomst. En hoewel hij de voordelen van zelfrijdende auto’s inziet – ze zijn veiliger, zuiniger, comfortabeler en kunnen compacter parkeren – toch ziet hij ze niet zo snel op onze wegen verschijnen. De technische uitdagingen zijn immers enorm, wat de Googles en Apples van deze wereld ook beweren. En bovendien zullen ze door hun gemak het autogebruik nog doen toenemen, en mensen stimuleren om nog verder van de stad te gaan wonen. Wat geenszins onze huidige problemen oplost. Net als de meeste andere sprekers gelooft Meuleman meer in smartphone en andere vormen van technologie die het delen van ritten, auto’s, fietsen en andere vervoersmodi, en de combinatie daarvan met openbaar vervoer, zoveel simpeler maakt. En zelfs dat openbaar vervoer zou weleens snel kunnen veranderen: bussen die geen vaste route volgen, maar een traject berekend op basis van de reservaties die zijn binnengelopen, in Helsinki experimenteren ze er al mee. Door alle verplaatsingen door de stad per computer te optimaliseren, kun je maar liefst 90 procent van de auto’s overbodig maken, zo bleek dan weer uit een studie uit Lissabon. Een revolutie in stedelijk wonen.

Autodealers worden autodelers

Maar wat dan met de autodealers, garagisten, en alle anderen die met auto’s hun brood verdienen, zetten die dan niet de hakken in het zand? Absoluut niet, zegt Philippe Decrock van Traxio, het vroegere Federauto. Het “dumpen van auto’s in de markt” wordt steeds minder wenselijk en rendabel, en dus moet de sector op zoek naar alternatieven. We hebben zo’n 8000 garagebedrijven in ons land, en die moeten evolueren van autoverkoop- en / of -herstelplaats naar een mobiliteitsaanbieder, die geen auto’s verkoopt, maar mobiliteitsdiensten. Of dat dat dan gaat over autodeelsystemen op garageniveau of een andere vorm, is vooralsnog niet helemaal duidelijk. Maar hoopgevend is volgens Decrock dat maar liefst 44 procent van de bedrijven in ons land openstaan voor nieuwe vormen van mobiliteit als autodelen of andere alternatieven. Waardoor ze hun wagenpark drastisch kunnen inperken zonder aan mobiliteit in te boeten. Onder andere daar ligt volgens Traxio een nieuwe markt voor de garagesector-in-transitie.

Niet alleen de garagehouders, maar ook de bouwsector zal zich moeten aanpassen aan de fel veranderende tijden, zei Chris Moonen van Impact Projects. Moonen wil mobiliteit structureel in nieuwbouwprojecten integreren, wat op termijn zal leiden tot beter gestructureerde steden en een kwalitatiever ruimtelijke ordening. Want de huidige ‘verlinting’, ‘verneveling’ en verkaveling van de openbare ruimte leidt niet alleen tot een verlies van biodiversiteit en mobiliteit, maar is bovendien ook zeer duur: publieke diensten als postbedeling, riolering of (openbaar) vervoer kosten er handenvol geld. We moeten volgens Moonen dus af van onze auto-obesitas. Concreet pleit hij ervoor om bij nieuwbouwprojecten minder parkeerplaatsen te voorzien, en om het uitgespaarde geld te investeren in een autodeelsysteem voor de bewoners (bijvoorbeeld in samenwerking met een lokale garage) én in groene energie. Misschien is het een stap in de richting van Quality Neighbourhoods waar Angelo Meuleman van droomt: buurten waar niemand nog een eigen auto heeft en iedereen aan autodelen doet. Je hebt er een rijtje auto’s ter beschikking zoals er in de supermarkt winkelkarretjes staan: je gebruikt ze als je er een nodig hebt, en daarna rijdt een ander ermee weg. De supermarkt / autodeelprovider zorgt ervoor dat er altijd genoeg wagentjes beschikbaar zijn.

Allemaal projecten van wereldvreemde groene jongens? Zowat alle grote autoconstructeurs experimenteren momenteel met vormen van carsharing. En ook onze eigenste regering werkt aan een resolutie over verregaand autodelen. Toch niet bepaald groene dromers?

(Jan Haeverans)

De wegbereiders

De wegbereiders

Op The Future of Carsharing stelden ook alle autodeelorganisaties die in Vlaanderen actief zijn zich voor. Naast het overbekende Cambio, gegroeid uit de schoot van Taxistop, zijn er een hele reeks kleinere pioniers die zich elk specialiseerden in een bepaalde vorm van autodelen: de ene biedt luxueuzere wagens aan met een groot gebruiksgemak, een andere werkt enkel met elektrische auto’s, en nog een biedt een veilig platform waar eigenaars hun wagen kunnen verhuren aan gebruikers.

Allemaal benadrukken ze het enorme groeipotentieel van autodelen, de kostenbesparing voor de autodelers en de overheid, en pleiten ze voor een Green Deal zoals in Nederland, die de sector een flinke duw in de rug zou geven. Ook in Duitsland en Frankrijk boomt autodelen, maar dankzij deze bedrijfjes zit ons land mee in de kop van het peloton.

Meer info vind je op de sites van Cambio (www.cambio.be), Bolides (www.bolides.be) , CarAmigo (www.caramigo.be/nl) , Dégage (www.degage.be), Partago (www.partago.be), Stapp.In (www.stappin.be) en Tapazz (www.tapazz.be).

Voor alle info over autodelen voor particulieren of bedrijven en over het delen van gemeentelijke dienstwagens of wagenparken kun je terecht op www.autodelen.net.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content