Citroën lanceert zijn nieuwe C1 op het autosalon van Genève samen met de zustermodellen Peugeot 108 en Toyota Aygo.
Deze rijdende drievuldigheid gaat weldra een nieuw leven tegemoet met de volgende generaties van de Citroën C1, Peugeot 108 en Toyota Aygo. Net zoals voorheen delen de kleine stadsrakkers hun technische basis, maar krijgen ze wel ieder hun eigen ‘look and feel’, zoals dat erg mooi door de marketingafdelingen wordt verkondigd. In het geval van de Citroën C1 is dat geen compleet holle slogan, want de neus van de kleine Fransoos is op zich een klein kunstwerk. Vooral de markante tweedelige lichtblokken maken indruk en zorgen ervoor dat de façade van de C1 zeker niet met die van zijn neefjes verward kan worden. Verder gooit de kleinste Citroën het voortaan ook over een trendy boeg met een uitrusting die dit model in het premiumgedeelte van het A-segment moet kunnen plaatsen. Tot de extraatjes behoren onder meer een ‘Airscape’ elektrisch vouwdak, een achteruitrijcamera of een automatische airco. De 3,46 meter lange C1 die met drie of vijf deuren verkrijgbaar is, kan aangedreven worden door een 1.0 met 68 pk en 98 g/km CO2 of een 82 pk sterke 1.2 die 98 g/km uitstoot en eveneens met een automaat beschikbaar is.(Belga)
