Zelda La Grange over de morele erfenis van Nelson Mandela: ‘Dit is niet wat hij voor zijn volk wilde’

Zelda La Grange: 'Sommigen noemden mij een overloper. Een Afrikaner vrouw wordt niet verondersteld een zwarte baas te dienen, ook al gaat het om president Mandela.' © GettyImages

Een kreng, een heks en een rottweiler werd Zelda la Grange (47) genoemd. Zij was de vrouw die negentien jaar lang voornamelijk ‘nee’ moest verkopen aan al wie wat van Nelson Mandela wilde. Als persoonlijke assistente van de eerste zwarte Zuid-Afrikaanse president week deze blanke ‘Madame Non’ geen moment van zijn zijde en stond ze dag en nacht voor hem paraat. ‘Natuurlijk zou hij heel bezorgd zijn over wat er tegenwoordig in Zuid-Afrika aan de hand is.’

Na verloop van tijd begrepen ze elkaar zonder woorden, maar op 11 februari 1990 – toen Nelson Mandela na 27 jaar gevangenschap vrijkwam – lag de toen negentienjarige Zelda la Grange in het zwembad. Ze was jong en onbekommerd, maar vooral blond en blank, ultraconservatief, racistisch zelfs: letterlijk en figuurlijk een kind van de apartheid. ‘Nu zitten we dik in de problemen’, kwam haar vader aan het zwembad melden. ‘De terrorist is vrijgelaten!’ Zelda had geen idee wie de terrorist was en nog minder dat die haar een tijdje later als zijn persoonlijke assistente zou uitkiezen.

Goedemorgen, meneer Mandela is het vlot leesbare boek van het manusje-van-alles aan de zijde van wereldicoon Nelson Mandela. The Number 1 International Bestseller: zo staat het op de cover van de Engelse Penguinuitgave. Het boek werd inmiddels in dertien talen vertaald en er zijn honderdduizenden exemplaren van verkocht. ‘Maar nog geen miljoen’, zegt Zelda la Grange. ‘Mijn literair agent in Londen kan me geen exact aantal geven.’ Dichter dan via dit boek kun je als buitenstaander niet bij Mandela komen. Het is geen wereldliteratuur, ook geen politieke geschiedenis of een diepgravende biografie maar gewoon … herinneringen aan het leven zoals het was aan de zijde van Nelson Mandela.

President Zuma heeft de belangrijkste staatsinstellingen in een wurggreep. Het gaat om onbeschaamde zelfverrijking

‘Het is precies de eenvoud van het boek dat de mensen zo bevalt’, vertelt Zelda la Grange. ‘Uiteraard zijn er veel meer facetten van Mandela’s leven te belichten: zijn politiek, zijn strategie, zijn rol als filantroop … er zijn zo veel invalshoeken mogelijk. Ik heb ook niet de pretentie om mezelf een Mandela-expert te noemen. Ik heb opgeschreven wat ik allemaal met hem heb meegemaakt zonder academisch te worden en dat spreekt blijkbaar een groot publiek aan.’

Uit haar boek komt Mandela naar voren als een ‘geboren leider die de zaken altijd onder controle had’ met een ‘erg, erg sterke wil op het randje van koppigheid’ en een ‘ijzeren discipline’. Mooie anekdotes rakelt ze daarbij op. Over de plaagstok die Mandela soms was en over zijn humor: ‘Don’t call me, I’ll call you’ gekscheerde hij op de persconferentie toen hij ‘retired from retirement’ en zich uit het openbare leven terugtrok. Over het feit dat Mandela na decennia in de cel nog nooit van McDonald’s had gehoord en tijdens een gesponsord evenement dan maar over ‘die broodjesmakers’ begon. Over de vijf kranten die Mandela elke ochtend las en die niet opengevouwen mochten zijn voor hij er kennis van nam en over zijn favoriete schrijfgerief: een doodgewone, gele plastic Bic. Over zijn altijd lege portefeuille waar enkel het naamkaartje van zijn laatste vrouw Graça Machel inzat en die hij tijdens lange intercontinentale vluchten telkens aan Zelda gaf ‘omdat zijn fortuin bij haar veiliger was’. Over zijn allergie voor briefings, wachtkamers en wachten tout court: ‘Als wij op tijd kunnen zijn, moet iedereen op tijd kunnen zijn.’ Over hoe Mandela tijdens een benefietconcert in Londen op het podium werd begroet door Bono en de U2-zanger nog stormachtiger werd toegejuicht dan hij … ‘Dat kereltje, die Bono, lijkt me redelijk populair’, grapte Mandela achteraf.

Ook na zijn presidentschap en ondanks zijn vergevorderde leeftijd werkte Mandela door alsof er 36 uur in één dag waren. Maar voor Zuid-Afrika was het waarschijnlijk beter geweest dat hij een tweede ambtstermijn als president had aanvaard in plaats van de wereld rond te reizen en zich te laten fêteren als een rockster. Heeft hij u ooit duidelijk gemaakt waarom hij niet langer dan vijf jaar president wilde blijven?

Zelda la Grange: Ik denk dat hij zich geketend voelde door zijn verplichting om president te zijn. Na zo lang te hebben vastgezeten werd hij opnieuw de gevangene van zijn engagement, van een politieke structuur, van zijn presidentiële plicht. Mandela wilde meer vrijheid. Want als je zijn ondergrondse jaren erbij telt, had hij 50 jaar níét in vrijheid geleefd. Hij wilde gewoon zijn, dat is wat hem dreef. Hij wilde ook het goede voorbeeld geven, vooral aan de vele machtsgeile staatshoofden over heel Afrika: één termijn en dan de fakkel doorgeven. Zo hoort het. Misschien zou hij na zijn aftreden als staatshoofd een aantal dingen anders hebben gedaan, maar hij heeft nooit de ambitie gehad om tien jaar lang president te zijn. Zo’n machtshonger had hij niet.

Mandela kon je doen geloven dat je de belangrijkste persoon ter wereld was. Dat speelde hij ook niet, it was never false.'
Mandela kon je doen geloven dat je de belangrijkste persoon ter wereld was. Dat speelde hij ook niet, it was never false.’© Gettyimages

Hoeveel keer zou Mandela zich al omgedraaid hebben in zijn graf bij de gang van zaken nà hem? Hij had toch een ideaal dat hij verwezenlijkt wilde zien?

La Grange: Dat was het ideaal van de hele organisatie, niet van hem alleen. Natuurlijk zou hij heel bezorgd zijn over wat er tegenwoordig in Zuid-Afrika aan de hand is. Als je teruggrijpt naar de beginselen van het ANC, hun Freedom Charter en de morele waarden waarvoor zijn generatie geleefd en gevochten heeft, zie je meteen dat de huidige situatie in het land daar niet mee overeenstemt. Je hoeft geen Mandela-expert te zijn om te weten dat dit niet is wat hij voor zijn volk wilde en waar hij zijn leven voor heeft opgeofferd.

Hoe kan het dan dat de huidige president Zuma genoeg steun vanuit het ANC zelf blijft krijgen om die idealen keer op keer te verkrachten?

La Grange: Dat heeft allemaal te maken met wat we hier ‘staatskaping’ zijn gaan noemen. Zuma en zijn aanhangers houden de overheid en de samenleving gegijzeld. Via de Indiase zakenfamilie Gupta heeft Zuma de belangrijkste staatsinstellingen en ministeries, de politie, de geheime diensten tot de belastingdienst en de schatkist toe, in een wurggreep. Het gaat om onbeschaamde zelfverrijking, niet om het algemeen belang. De mensen zitten in de val en voelen zich gevangen.

U schrijft dat Mandela via fondsenwerving wel 100 scholen en 50 ziekenhuizen uit de grond heeft doen rijzen. Maar de bevoegde ministeries en overheden lieten die projecten aan hun lot over, met als gevolg lege school- en ziekenhuisgebouwen. Was het niet beter geweest dat hij eerst als president een sterke overheid op poten had gezet zodat alle kosten, tijd en inspanningen niet verloren waren gegaan?

La Grange: Je mag niet vergeten dat we te maken hadden met een ondergrondse verzetsbeweging die jarenlang verboden was. De ANC-leiders waren verbannen of hadden decennia in de cel doorgebracht. Je kunt niet verwachten dat die na vijftig jaar verzet plots in staat waren om hun land te gaan leiden. Op basis van welke expertise? Mandela heeft geprobeerd alle expertise aan boord te krijgen die voorhanden was, daarvoor heeft hij zelfs een beroep gedaan op de vorige blanke regering. (Na de eerste vrije verkiezingen in 1994 smeedde Mandela, ondanks een absolute meerderheid voor het ANC, een regering van nationale eenheid met blanken uit het vroegere apartheidsregime, nvdr) Op dat moment in onze geschiedenis was het allerbelangrijkste om het broze vertrouwen tussen de verschillende bevolkingsgroepen te herstellen. Anders waren we hoogstwaarschijnlijk geëindigd in een burgeroorlog. Mandela heeft ons destijds gegeven wat we het meest nodig hadden: stabiliteit, rust en vertrouwen. De volgende stap was het aanzwengelen van de economie en daar had hij geen kaas van gegeten.

Thabi Mbeki volgde Mandela op als president van Zuid-Afrika, maar bleef altijd in zijn schaduw staan. Die frustratie reikte zo ver dat Mbeki zelfs officiële portretten van Mandela van de muren liet halen als hij ergens op bezoek ging. Hoe sprongen jullie als stafleden van Mandela daarmee om?

La Grange: Dat viel gewoon niet te managen! Het protocol vereist natuurlijk absolute prioriteit voor de zittende president, terwijl Mandela in ieders perceptie groter dan het leven zelf was. Het valt ook niet te verdedigen dat Mandela overal met alle aandacht aan de haal ging, dus moesten we voortdurend op eieren lopen en heel subtiel en diplomatisch te werk gaan om Mbeki en zijn staf niet voor het hoofd te stoten. Gelukkig hadden we professor Jakes Gerwel als politieke raadgever. Hij kon ons sturen wanneer onenigheid met het kabinet Mbeki dreigde.

Toen we Mandela erop wezen dat het niet betaamt om koningin Elizabeth bij haar voornaam te noemen, antwoordde hij laconiek: ‘Maar zij zegt ook Nelson tegen mij!’

Over uw laatste conversatie met de inmiddels overleden professor Gerwel zegt u dat jullie andere keuzes zouden hebben gemaakt als jullie niet zo emotioneel gesteld waren op Mandela. Wat zouden jullie anders hebben gedaan?

Zelda La Grange: We zouden ontslag hebben genomen na zijn presidentschap. Op dat moment waren we allebei nog niet zo emotioneel verstrengeld met meneer Mandela en maakten we deel uit van een veel groter team. Na zijn pensionering werd het kringetje om hem heen veel kleiner en intiemer.

Terwijl het volgens u onmogelijk was om niet emotioneel betrokken te raken bij een persoonlijkheid als Mandela.

La Grange: Ja, wie had ooit gedacht dat je zo gehecht aan hem kon raken? De meeste mensen die voor een president werken doen dat vijf, zeven of maximaal tien jaar en beginnen dan aan iets anders. Mandela maakte dat onmogelijk door wie hij was. Je wilde blijven en loyaal zijn want daartoe inspireerde hij je. Hadden we niet zo veel van onszelf geïnvesteerd, dan waren we allebei iets gaan doen wat beter was voor ons. Maar in het leven weet je nooit welke weg er voor je ligt. Alleen door terug te blikken kun je zeggen dat je veel eerder afscheid had moeten nemen.

‘Je hele wezen verandert als je constant in de buurt vertoeft van iemand als Mandela… Ik zorgde voor hem maar hij zorgde ook voor mij’, schrijft u. Op het laatst was het wederzijdse inlevingsvermogen zo groot dat hij u bij zich riep en aankondigde: ‘Wij hebben prostaatkanker, Zelda!’

La Grange: (lacht hartelijk) Ja, da’s een van mijn favorieten! Maar het geeft goed aan hoe close we met elkaar waren. Tegelijk moest ik heel voorzichtig met zijn medische gegevens omspringen want als de media ook maar het flauwste vermoeden hadden dat zijn gezondheid te wensen overliet, ging het hele land in alarmfase rood.

De volgende vraag wordt dan: is er voor u nog een leven na Mandela?

La Grange: (slikt en aarzelt)Nee, niet echt. Die periode heeft mij doen nadenken en me gevormd tot de persoon die ik geworden ben. Niets kan ooit zo interessant zijn als die tijd, dé tijd van m’n leven, niets … Alleen was ik me daar op het moment zelf niet van bewust want het ging maar door en door en door, 24 uur op 24, 7 dagen op 7 en dat 365 dagen per jaar. Ik wou dat ik een tijdscapsule had om die tijd opnieuw te beleven, hem op te zuigen en deze keer te savoureren. Daar ben ik destijds nooit aan toegekomen, ik heb er te weinig van genoten.

Op een gegeven moment kwam u zelfs tot het pijnlijke besef dat u zo was opgegaan in uw job dat er buiten uw werkkring niemand was om voor u te zorgen. U had zich compleet geïsoleerd van het normale leven. Is dat nu voorbij?

La Grange: Niet helemaal. Ik heb het drukker dan ooit en haast me van hot naar her. Het feit dat ik onze afspraak tot drie keer toe heb moeten verzetten, zegt veel. Nu ben ik in Kaapstad, straks vlieg ik naar Johannesburg, morgen weer terug naar Kaapstad, volgende week naar Australië. Ik heb geen tijd om vriendschappen op te bouwen, laat staan een relatie, want ik ben overal en nergens.

Zelda La Grange over de morele erfenis van Nelson Mandela: 'Dit is niet wat hij voor zijn volk wilde'
© Gettyimages

Mandela noemde u goedmoedig ‘mijn Afrikaans Boere-meissie’. U stond symbool voor de blanke Afrikaners, 48 jaar lang de meedogenloze onderdrukkers van de zwarten, en uitgerekend u moest zijn rechterhand worden. Hebt u zich nooit een excuustruus gevoeld?

La Grange: Nooit door toedoen van Mandela zelf. Soms moest ik me inhouden om Mandela erop te wijzen dat ik blank ben. Voor hem deed het er echt niet toe, het kwam zelfs niet bij hem op, hij ging eraan voorbij. Door zijn houding ben ik ook tot het inzicht gekomen dat hij tijdens de jaren van verzet niet tegen de blanken vocht, maar tegen het systeem. Wij Zuid-Afrikanen, de regering incluis, vergeten gemakshalve dat de strijd niet tegen personen gericht was, maar tegen het apartheidssysteem. Hij provoceerde mensen ook met mijn Afrikaner afkomst, wat het voor mij – toen nog een onwetend, apolitiek gansje te midden van al die ANC-toplui- niet makkelijker maakte. Decennialang hadden blanken voorgeschreven hoe zwarten mochten leven en plots dook er aan de zijde van Nelson Mandela weer een witmens op die de agenda van hun grote leider bepaalde. Nee, in Zuid-Afrika verliep dat niet zonder slag of stoot. Sommigen van mijn eigen volk noemden mij een overloper en een verrader, zij verachtten mij. Een Afrikaner vrouw wordt niet verondersteld een zwarte baas te dienen, ook al gaat het om president Mandela. (Ooit was op tv te zien hoe Zelda een kop thee inschonk voor Mandela, waarop vrienden van haar ouders hen de rug toekeerden en voorgoed wegbleven, nvdr) Een Afrikaner vrouw hoort onderdanig te zijn en voor huis en haard te zorgen.

Welke levenslessen van Mandela zult u nooit vergeten?

La Grange: Dat het allemaal om respect draait: je respecteert mensen om wie ze zijn, vanwege hun persoon, afgezien van hun sterktes of zwaktes. Als Mandela iemand in de ogen keek, legde hij contact en telde al de rest niet meer. Hij kon je laten voelen en doen geloven dat je de belangrijkste persoon ter wereld was. Dat speelde hij ook niet, it was never false. Maar die dertig seconden of die éne minuut dat hij met iemand sprak, focuste hij zich ook helemaal op die persoon. Rang of stand, blank of zwart, man of vrouw, arm of rijk, jong of oud, Mandela behandelde iedereen gelijk. Mensen voelden zich belangrijk in zijn aanwezigheid omdat ze door een waardig man als gelijke werden benaderd.

Met de Engelse Queen had hij een merkwaardig warme vriendschap: in Mandela’s ogen was ze onaantastbaar. Hij was een van de zéér weinigen die haar met Elizabeth konden aanspreken en van wie ze zich dat liet welgevallen. Waar kwam die klik met de vroegere kolonisator vandaan?

La Grange: Ik denk dat hij wilde laten zien dat hij zelf ook van koninklijken bloede was. Het amuseerde de Queen dat Mandela zich niet onderdanig gedroeg en dat hij haar als een trotse Afrikaanse man tegemoet trad. Zo verdraagzaam tegenover anderen die de hoffelijkheidsregels aan hun laars lapten was ze niet, hoor. Maar van Mandela kon ze het hebben. Hij respecteerde haar, net zoals hij haar lakeien respecteerde, en dat maakte indruk op haar. Zo stond op een keer haar hele hofhouding op stelten, toen hij uitriep: ‘Oh Elizabeth, je bent vermagerd!’ Toen we Mandela erop wezen dat het niet betaamt om de koningin bij haar voornaam te noemen, antwoordde hij laconiek: ‘Maar zij zegt ook Nelson tegen mij!’ Mandela kon ons met dat soort anekdotes nog jarenlang entertainen. Ik zie hem nog altijd schokschouderen van het lachen wanneer hij zulke herinneringen ophaalde.

Ik heb de meest zoete herinneringen aan Mandela en niemand kan die van me afpakken

Laten we het even hebben over de miljoenen die Mandela bij het bedrijfsleven ophaalde voor goede doelen. Multinationals zoals Coca-Cola, Mercedes-Benz en McDonald’s zijn op winst gerichte bedrijven die vroeg of laat iets terugverwachten voor het vele geld dat ze doneren. Was Mandela daar niet een beetje naïef in?

La Grange: Er bestonden duidelijke onderlinge afspraken. Wanneer ze een school of ziekenhuis bouwden, konden ze hun merk onder de aandacht brengen in het kielzog van Mandela. Het ging er zo eerlijk en ethisch correct toe dat de grenzen voor iedereen helder waren. Het valt me achteraf wel op dat sommigen van de allerrijkste mensen ter wereld, zoals de Hongaars-Amerikaanse miljardair Georges Soros, de familie Packer uit Australië en een hoop Hollywoodsterren aan wie Mandela veel tijd en energie heeft besteed, nooit een cent hebben bijgedragen. Die lui zijn natuurlijk ook niet rijk geworden door hun gulheid, hè. Het is droevig, maar als zij hun rijkdom niet wilden delen, associeerde de Nelson Mandela Foundation zich niet met hen.

Mandela had geen idee van de hoeveelheid geld die hij via fondsenwerving inzamelde. Alles ging rechtstreeks naar de penningmeester van het ANC, Tom Nkobi, die zijn volste vertrouwen genoot. Maar Nkobi overleed in uitermate verdachte omstandigheden net op het moment dat Jacob Zuma (toen vicepresident) 150.000 dollar smeergeld had ontvangen van de daarvoor inmiddels veroordeelde zakenman Shabir Schaik. Diens firma, die het geld aan Zuma overmaakte, heette cynisch genoeg Nkobi. Toevallig?

La Grange: Noem het intuïtie of een zesde zintuig, maar Mandela was geobsedeerd door de relatie tussen Zuma en Schaik en binnenskamers ging hij er fel tegen tekeer. Eerlijk gezegd weet ik niet of Schaiks zakelijk vehikel al dan niet per toeval Nkobi heette. Bij mijn weten is het nooit gerechtelijk of journalistiek onderzocht en zelf ben ik te bang om dat te doen. Die lui zijn bijzonder grof, weet je. Ze deinzen nergens voor terug.

Wordt u soms bedreigd?

La Grange: Niet rechtstreeks bedreigd, maar ik voel toch spanning. Als je weet hoe het er vandaag de dag in Zuid-Afrika toegaat, valt de boodschap vaak niet mis te verstaan. Zo zou Paul O’ Sullivan, een voormalige onderzoeksrechter, erg belastend materiaal hebben tegen president Zuma en zijn kliek. Met als gevolg dat de geheime dienst en de politie hem het leven onmogelijk maken. Zijn kantoor is overhoopgehaald, hij wordt plots verdacht van hoogverraad, voor de ogen van zijn dochters van een internationale vlucht gehaald en gearresteerd. En er is helemaal niks wat ze hem ten laste kunnen leggen! Zoiets wil ik niet afroepen over mij of mijn familie. Dus doe ik geen onderzoek, trek ik dingen niet openlijk in twijfel en als ik mij al ergens over uitspreek let ik heel goed op mijn woorden.

Een Oryxhelikopter van de Zuid-Afrikaanse luchtmacht met jullie aan boord moest ooit een noodlanding maken. Mandela was overtuigd dat er sabotage in het spel was. Heeft hij ook gezegd wie hij van die sabotage verdacht?

La Grange: Namen heeft hij niet genoemd maar het had zeker te maken met die onderstroom in de politiek waar bepaalde mensen vuil spel spelen. Ik heb geprobeerd om hem gerust te stellen, wat moest ik anders? Ik kon zijn wantrouwen toch niet versterken? Dan was hij helemaal paranoïde geworden.

Sommigen van Mandela’s familieleden wilden u aan het eind van z’n leven koste wat het kost uit z’n buurt houden. Om persoonlijke redenen én omdat u blank bent. Zit u daar nog mee?

La Grange: Helemaal niet, ik heb er vrede mee dat de dingen blijkbaar zo moesten lopen en dat ik afwezig was tijdens die laatste maanden van z’n leven. Ik zou dat aftakelingsproces ook niet aangekund hebben als ik er getuige van was geweest. Emotioneel ben ik daar niet sterk genoeg voor. Ik zou gebroken zijn voor de rest van m’n leven. Ik was al helemaal uit mijn lood geslagen toen mijn hond stierf, wat zou er dan van me zijn overgebleven als ik bij het sterfbed van Madiba (koosnaam die de Zuid-Afrikanen voor Mandela gebruiken, nvdr) had gestaan? Dat beeld zou me nooit meer hebben losgelaten. Gelukkig heeft het leven me dat bespaard en nu het voorbij is, is het oké. Ik heb de meest zoete herinneringen aan Mandela en niemand kan die van me afpakken.

Mandela heeft ons destijds gegeven wat we het meest nodig hadden: stabiliteit, rust en vertrouwen

Maar is het niet onbegrijpelijk dat zijn nazaten vechtend over straat rollen om zijn erfgoed te gelde te maken? Zijn kleinzoon Mandla verkocht zelfs de uitzendrechten van Mandela’s begrafenis voor 3 miljoen rand aan de Zuid-Afrikaanse tv.

La Grange: Ik stam zelf niet uit een machtige, welvarende of invloedrijke familie en ik kan mij niet indenken hoe het is om als nazaat van Mandela geboren te worden en door het leven te gaan. Weet je wat het is met die beroemde geslachten? (op fluistertoon) Het ligt allemaal ingewikkeld, heel erg ingewikkeld!

U schrijft dat Mandela het geruzie over zijn nalatenschap voelde aankomen: hij wilde per se dat zijn advocaten zijn erfgoed zouden regelen, niet zijn familie die acht jaar voor zijn dood al met zijn begrafenis bezig was!

La Grange: Voor ons, zijn staf door de jaren heen, was het overduidelijk dat hij zijn nalatenschap beheerd wilde zien via de Nelson Mandela Foundation en via zijn Kinderfonds. Maar we praten hier wel over drie families (Mandela was drie keer getrouwd en had 6 kinderen uit z’n eerste twee huwelijken, nvdr), dus makkelijk zou het nooit worden om zoiets te regelen. Daarom had hij al schikkingen getroffen en was zijn testament zeer specifiek over bepaalde dingen. Nu, drieënhalf jaar na zijn dood, is het gevecht eindelijk voorbij en is alles geregeld.

Hoe gaat het tegenwoordig met de Nelson Mandela Foundation, waarvan dezelfde kleinzoon Mandla beweerde dat die stichting ‘profiteert van mijn grootvaders naam maar niks aan zijn volk geeft’?

La Grange: Op professioneel vlak ben ik er niet meer bij betrokken, maar ik bezoek ze af en toe. Ze doen heel belangrijk werk, vooral door het uitdragen van z’n erfgoed en het bepleiten van de standpunten waar hij voor stond.

Hoever staat het met de Hollywoodfilm die van uw boek gemaakt wordt?

La Grange: Het scenario is bijna klaar en nu gaan ze op zoek naar een regisseur. Aan de ene kant kijk ik er erg naar uit, maar aan de andere kant vind ik het ook heel intimiderend.

Zou de Zuid-Afrikaanse Oscarwinnares Charlize Theron niet ideaal zijn om uw rol te spelen? Zij heeft dezelfde achtergrond, ze spreekt Afrikaans en heeft de apartheidsproblematiek ook aan den lijve ondervonden.

La Grange: Nee, dat vind ik te vanzelfsprekend. Dan wordt het ook een Charlizefilm in plaats van een Zeldafilm. Het kan natuurlijk dat zij de rol uiteindelijk krijgt, maar mensen staren zich blind op het feit dat zij Afrikaans spreekt en het juiste accent heeft. Daar draait het helemaal niet om. Het gaat om de emotie, om hoe je als mens ten goede kunt veranderen. Iedereen kan die rol spelen in zoverre ze die emoties waarheidsgetrouw kunnen brengen. Niet dat ik er iets over te zeggen heb want eens je de filmrechten hebt verkocht, word je geacht je er niet meer mee te bemoeien. Uit beleefdheid houden ze me op de hoogte, maar dat is het dan ook.

Denkt u dat uw ouders, die destijds pal achter apartheid stonden, wezenlijk veranderd zijn door uw parcours?

La Grange: O ja, zeker. Mijn moeder was altijd al vredelievend en gelovig, nooit een verkeerd woord, voor niemand. Mijn vader waarschuwde me in 1990 nog voor ‘de terrorist’, maar bij het overlijden van Mandela huilde hij als een kind. Vader wordt dit jaar 80, mijn moeder volgend jaar. Ik heb de zorg voor m’n ouders op mij genomen en gelukkig zijn ze nog in goeie gezondheid. Het komt er eigenlijk op neer dat ik een huis in Pretoria, mijn leven én hun leven aan de andere kant van het land op orde moet houden terwijl ik er nooit ben. Gelukkig kan ik ze af en toe mee op reis nemen.

Uiteindelijk is er dan toch nog een leven na Mandela?

La Grange: Minstens een familieleven! Maar ik heb nog veel in te halen, en nu moet ik dringend naar de luchthaven.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content