‘De SP.A heeft nooit de problemen verbloemd’

HANS BONTE: 'Als ik mijn partij iets te verwijten heb, dan is het dat ze niet kordaat genoeg heeft opgetreden tegen racisme, en veel te laks is omgesprongen met de problemen van de jeugd.' © Chip Somodevilla/Getty Images

Ondanks de vele ergernissen hield de Vilvoordse burgemeester Hans Bonte de afgelopen maanden de lippen stijf op elkaar. Vandaag spreekt hij weer, en zijn boodschap is helder: ‘Veralgemeningen zoals die van mijn voorzitter diepen de kloof tussen “ons” en “hen” nog verder uit.’

Nee, een mooie zomer was het volgens Hans Bonte (SP.A) niet. Toch niet in de politiek. Met veel ergernis zag de burgemeester van Vilvoorde hoe collega’s zich uitputten in wat hij ‘een soort Mister Veiligheid-wedstrijd voor politici’ noemt. Hij voelde niet de behoefte om aan die wedstrijd mee te doen. ‘Ik wilde me er heel bewust niet in mengen’, zegt Bonte. ‘Je bewijst de democratie met al die ballonnetjes geen dienst. Bovendien creëer je met zo’n opbod een klimaat van onrust, angst en polarisatie. Als lid van een oppositiepartij heb ik er doorgaans geen enkele moeite mee dat de federale regeringspartijen elkaar in de haren vliegen. Doe gerust, denk ik dan. Maar dat ligt anders als het over veiligheid, terrorisme en radicalisering gaat. Met stoere verklaringen over zulke onderwerpen zet je de sociale cohesie op het spel. Terwijl je terrorisme en radicalisering net te lijf moet gaan met meer sociale verbondenheid en betrokkenheid. Weet u, in Vilvoorde is het al van mei 2014 geleden dat er nog een moslim naar Syrië is vertrokken. Dat heeft voor een deel met geluk en toeval te maken, maar minstens zoveel met het engagement van de moslimgemeenschap. Heel vaak komen de eerste onrustwekkende signalen die ons bereiken van ouders, broers, zussen of imams. Hun engagement en hun bondgenootschap kun je krijgen, het ligt voor het grijpen. Maar je wint die gemeenschap natuurlijk niet door stigmatisering en polarisering.’

BONTE: Ik betreur élke veralgemening, dus ook die van mijn voorzitter. U moet weten: er zijn héél veel zaken die ik kotsbeu ben. Hier in Vilvoorde hebben twee oude sjarels net een klacht ingediend tegen de geluidoverlast van een kindercrèche die er nog niet is. Moet ik nu in de pers gaan zeggen dat ik het gedrag van de oudere autochtonen in Vilvoorde kotsbeu ben? Veralgemeningen helpen ons niet vooruit. In de context van integratie doen ze zelfs het tegenovergestelde. Ze diepen de kloof tussen “ons” en “hen” verder uit. Hetzelfde geldt ook voor voorstellen zoals een boerkiniverbod, een inperking van de vrije meningsuiting of een Patriot Act. Allemaal veiligheidstheater dat de kloof verder uitdiept. De echte sleutel is verbondenheid.

Dat klinkt mooi, maar als een Patriot Act een nieuwe aanslag kan vermijden, valt daar toch weinig tegen in te brengen?

BONTE: De pijnlijke waarheid is dat geen enkel veiligheidsniveau hoog genoeg is om de aanslag van een zelfmoordterrorist te vermijden. Hadden we Zaventem kunnen vermijden? Ik weet het niet. Ik weet wel dat we het risico van een nieuw Zaventem kunnen verkleinen.

Hoe dan?

BONTE: In plaats van voorstelletjes te lanceren die alleen maar dienen om je als politicus te profileren, zouden we ook de wetten en instanties die we al hebben effectief kunnen gebruiken. Vanmiddag nog werd ik geconfronteerd met een verhaal van een jonge gast uit Vilvoorde: een scholier van het tweede middelbaar, de jongere broer van een zwaar geval. Hij is van kop tot teen geradicaliseerd, en is een junk erbovenop. Zes maanden geleden heeft de politie daar een proces-verbaal van opgemaakt. Sindsdien is het van kwaad naar erger gegaan. Toch heeft die jongen nog niet één maatschappelijk medewerker van de jeugdrechtbank, laat staan een jeugdrechter gezien om hem in bescherming te nemen. Daarover maak ik me dan net iets meer zorgen dan over een badpak dat niet of nauwelijks gedragen wordt.

Het kan nog absurder. Door diezelfde profileringsdrang is het dossier van de administratieve aanhouding nu al maanden geblokkeerd. De regering heeft impulsief voorgesteld om de termijn van de aanhoudingen te verlengen van 24 uur naar 72 uur. Nadat het voorstel werd voorgelegd aan specialisten bleek dat 48 uur een beter idee is, en er bestaat ook een tweederdemeerderheid voor. En toch raakt die wet niet goedgekeurd. Waarom niet? Enkel en alleen omdat één partij (de N-VA, nvdr.) – puur vanwege de symboliek – mordicus vasthoudt aan die 72 uur.

Sommige maatregelen werden wel bijzonder snel genomen. Nauwelijks had uw Antwerpse collega Bart De Wever (N-VA) geklaagd over een gebrek aan vuurkracht bij de politie of er waren para’s en een nieuw, zwaarbewapend Snelle Respons Team.

BONTE: Ook dat is in mijn ogen pure symboliek. Niet één agent uit mijn korps heeft om meer wapens gevraagd. (nadrukkelijk) Niet één. Wat ik wel hoor en voel, is frustratie over het gebrek aan mensen en capaciteit.

De mensen hoor je niet klagen over para’s op straat.

BONTE: Ik denk dat het afhangt van mens tot mens. Je raakt er bovendien heel snel aan gewend. Persoonlijk blijf ik het er moeilijk mee hebben. Militairen horen niet thuis in het straatbeeld.

Premier Charles Michel (MR) beloofde bij zijn politieke rentree nog veel meer veiligheidsmaatregelen.

BONTE: Ik stel voor dat deze regering ophoudt met ballonnetjes op te laten, en doet wat de veiligheid echt vooruithelpt. Het is trouwens de partij van de premier die een van de meest logische en noodzakelijke maatregelen tegenhoudt: de eenmaking van de Brusselse politiezones. Het blijft een gigantische absurditeit dat je in één en dezelfde sociologische ruimte negentien gemeentes en zes verschillende politiezones hebt. Dat werkt niet. Ook Jan Jambon (N-VA) weet dat.

Waarom laat hij betijen?

BONTE: Zijn macht is niet groot genoeg om de grote weerstand van de lokale burgemeesters, de verschillende korpsen en de MR te overwinnen. De versnippering van korpsen is geen puur Brussels probleem. Lodewijk De Witte, de gouverneur van Vlaams-Brabant, heeft in april nog gepleit voor grotere politiezones in de Brusselse Rand. Daar is geen enkele reactie op gekomen. Terwijl één grote politiezone voor de Brusselse Rand de evidentie zelve is. Zaventem, Dilbeek, Sint-Pieters-Leeuw, Vilvoorde… Al die gemeentes zitten met de problemen van de uitdijende grootstad. Een eenmaking zou een stuk efficiënter zijn. Maar het gebeurt niet, enkel en alleen omdat de lokale autoriteiten bang zijn om macht af te staan.

U zei daarnet dat er de afgelopen twee jaar niet één moslim in Vilvoorde vertrokken is. Is het gevaar geweken?

BONTE: Het gevaar heeft zich verplaatst. Vanuit Syrië wordt vandaag nauwelijks succesvol gerekruteerd. Er wordt ook nog nauwelijks moeite gedaan. Wel wordt er meer en meer opgeroepen om lokaal iets te doen. Dat is natuurlijk heel onrustwekkend. Het vraagt ook een nieuwe benadering. Het federale veiligheidsbeleid moet dringend fundamenteel bijgestuurd worden om die nieuwe risico’s het hoofd te bieden. Vandaag werken de meeste steden uitsluitend op basis van de lijst van het OCAD (coördinatieorgaan van de dreigingsanalyse, nvdr.). Daarop staan de namen van mensen die willen vertrekken, teruggekeerd zijn of nog in Syrië zitten. In Vilvoorde gaat het om 39 mensen. Terwijl we er in werkelijkheid 130 volgen. Die jongen uit het tweede middelbaar over wie ik sprak, staat bijvoorbeeld niet op de OCAD-lijst, terwijl het vooral díé jongens zijn die je nu moet opvolgen.

En dan is er nog de categorie die helaas nauwelijks op te volgen valt: de jongens die in de gevangenis zitten. Tikkende tijdbommen zijn dat. Ook daarvoor heeft de regering maatregelen aangekondigd, en ook in dat geval is daar voorlopig helemaal niets van in huis gekomen. Een van de grote problemen is dat ik als burgemeester geen zicht heb op wie er wanneer vrijkomt, en wat er met die mensen gebeurt. Bovendien zitten we met een gevangeniswezen en een magistratuur die nauwelijks iets afweten van de radicaliseringsproblematiek. Twee weken geleden kreeg de stad een veroordeelde man uit Vilvoorde over de vloer die door een Franstalige rechter werd vrijgelaten onder voorwaarden. Een van die voorwaarden was dat hij een deradicaliseringsprogramma moest volgen. Dat er nergens in ons land deradicaliseringsprogramma’s bestáán was de rechter kennelijk ontgaan.

Nog even over dat zomerinterview van uw voorzitter. Volgens hem zou de SP.A de problemen van de multiculturele samenleving in het verleden te veel hebben verbloemd.

BONTE: In de vele jaren dat ik al meedraai in deze partij heb ik niet één voorzitter of fractieleider de problemen horen verbloemen. Als ik mijn partij iets te verwijten heb, dan is het dat ze niet kordaat genoeg heeft opgetreden tegen racisme, en veel te laks is omgesprongen met de problemen van de jeugd.

Ik heb het dan over kleine criminaliteit, schoolverzuim en drugsgebruik. Vooral dat laatste probleem hebben we onderschat. Cannabis is niet onschuldig. Wij moeten daartegen vechten. Ik ben zeker niet tegen een war on drugs.

Is er ooit een ‘war on drugs’ gewonnen?

BONTE: Ik wil het debat hierover best voeren. De cannabis die vandaag circuleert is niet te vergelijken met de softdrug van twintig jaar geleden. Mij lijkt het geen toeval dat zowat alle geradicaliseerde jongeren zware gebruikers zijn. Een moeder van een jongen die vandaag nog in Syrië zit, vertelde me dat haar zoon aan een gemiddelde van 38 joints per dag zat. Ik zou wel eens een hersenscan van zo’n jongen willen zien.

U herinnert zich nog dat op het SP.A-congres van 2014 werd besloten om de legalisering van cannabis op te nemen in het partijprogramma?

BONTE: Uiteraard herinner ik mij dat. Ik ben op dat congres vertrokken nog vóór de internationale werd gezongen. (hoofdschuddend) Hoever kun je van de realiteit staan?

DOOR JEROEN DE PRETER

‘De para’s en zware wapens in Antwerpen zijn pure symboliek. Niet één agent uit mijn korps heeft om meer wapens gevraagd.’

‘Cannabis is niet onschuldig. Ik ben zeker niet tegen een war on drugs.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content