Irina De Knop (Open VLD): ‘Door de politiek heb ik een dikkere huid gekweekt’

Irina De Knop (Open VLD) © .
Jan Herregods

Knack.be stelde een Schaduwparlement samen, waarmee u elke dag van de week een afspraak hebt. Op zaterdag: Irina De Knop (Open VLD).

Irina De Knop is burgemeester van Lennik. Van 2009 tot 2014 zetelde ze in het Vlaams Parlement voor Open VLD. Van op een lijstduwersplaats haalde ze bij de verkiezingen van 25 mei niet in om opnieuw verkozen te worden.

Hoe ziet uw toekomst eruit?

‘Als het van mij afhangt, dan kies ik voor een leven en werk in de politiek. Ik houd echt van mijn vak, van het sociaal en maatschappelijk engagement. Het is fijn om ideeën aan te brengen, na te denken over hoe we zaken beter of anders kunnen aanpakken, om mensen te stimuleren om mee te gaan in een positief veranderingsproces. Al moet ik af en toe wel even ‘mentaal’ bijtanken om het vol te houden, want politiek bedrijven is vandaag geen dankbare bezigheid. Respect vloeit niet automatisch voort uit je functie of je mandaat. Je moet het zelf waarmaken.’

Heeft de politiek u al gelukkig gemaakt?

‘Net zoals het leven, maakt politiek mij soms heel gelukkig. Ik wist niet wat me overkwam toen ik verkozen werd in het Vlaams Parlement en in de gemeente als burgemeester. Maar het kan ook heel hard zijn. Sommige dossiers of gebeurtenissen blijven op mijn vel zitten. Het voordeel is dat ik een dikkere huid heb gekweekt. Dat is voor een deel ook het gevolg van de bepalende rol van de media.’

Wat zijn de uitdagingen voor de nieuwe Vlaamse en federale regering?

‘Deze coalitie zou de kans bij uitstek moeten zijn om orde op zaken te stellen. Groei en werkgelegenheid creëren, en een slanke, moderne overheid. Ik verwacht van de Vlaamse regering dat ze sterk investeert in bijkomende scholen in onze steden, in een moderne infrastructuur voor onze zorg en voor onze zwakste kinderen, bijvoorbeeld in de internaten en de bijzondere jeugdzorg. Het landschap is veel te versnipperd en onze kinderen zijn daar de dupe van. Ik wil dat wat we zelf doen in Vlaanderen, dat we dat veel beter doen dan vandaag. Er moet daarvoor geld gezocht worden, maar ik ben er niet van overtuigd dat alle maatregelen waarin we bezuinigen, ook echt veel pijn moeten doen, zoals enkele uren langer werken per week bijvoorbeeld.

Ik verwacht van de federale overheid dat ze het geld geeft dat justitie nodig heeft om criminele feiten van klein tot groot, op een correcte manier te bestraffen. Als burgemeester zie teveel feiten niet worden vervolgd. Ik verwacht ook dat de beide overheden samen, een correcte financiering verlenen aan de lokale overheden en dat zij ons als een ernstige partner nemen. Vlaanderen moet stoppen met onze schoonmoeder te spelen, en ons de middelen toestaan om zelf het beleid te maken. Burgemeesters, vooral van minder grote besturen, vervellen stilaan tot een formele vertegenwoordiging van het Vlaamse of Federale niveau, en daar wil ik voor passen.’

Partner Content