Het terugkeer- en detentiebeleid van de regering-Michel in zes cijfers

© ID
Simon Demeulemeester

De regering-Michel is strenger geworden voor migranten, maar milder voor zichzelf. Dat leert een nieuw rapport van het federale migratiecentrum Myria. Dat roept op om aandacht te besteden ‘aan de ethische uitgangspunten waaraan een asiel- en migratiebeleid moet voldoen.’

1. 13% meer detenties in gesloten centra

In 2017 werden er 7105 personen opgesloten in een gesloten centrum. Dat is 13 procent meer dan de 6311 in 2016. Gemiddeld verbleven zij daar 35 dagen. De meerderheid (61 procent) van deze gedetineerden zijn mensen in irregulier verblijf, tegen een derde was een terugdrijvingsbeslissing uitgevaardigd.

Volgens directeur François De Smet van Myria toont dat cijfer aan dat staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken (N-VA) zijn Masterplan Gesloten Centra aan het uitvoeren is. ‘Dat voorziet in het optrekken van het aantal gesloten opvangplaatsen tot 1066 in 2021. Eind 2017 kwam de regering uit op 609 plaatsen. In afwachting van nieuwe centra, die in aanbouw zijn, werden extra plaatsen gecreëerd in de bestaande instellingen.’

2. 27% meer vreemdelingen administratief aangehouden sinds 2015

De Dienst Vreemdelingenzaken moest in 2017 30.757 beslissingen nemen na een administratieve aanhouding door de politie. Dat is bijna 30 procent meer dan in 2015. De Smet: ‘Het gaat om aanhoudingen bij een identiteitscontrole of na een vraag van de Dienst Vreemdelingenzaken. Die kan de politie vragen om iemand op te pakken die een bevel om het grondgebied te verlaten (BGV) niet heeft nageleefd.’

Francken verschuift vooral asielzoekers van de ene naar de andere EU-lidstaat.

Kamerleden Hendrik Vuye en Veerle Wouters

Dat cijfer zegt niets over hoeveel mensen er illegaal verblijven in ons land, onderstreept De Smet. ‘En aangezien we niet weten hoeveel mensen er in irregulier verblijf zijn in ons land, weten we ook niet of de pakkans groter is geworden. Het is wel zo dat de wil groot is in deze coalitie om daarop in te zetten.’

Vandaar ook dat een derde van deze aanhoudingen paste in acties tegen transitmigratie. Dat is een lichte daling van vier procentenpunten tegenover 2016, maar nog flink meer dan in 2015. Toen lag het op 16 procent.

Des te opmerkelijker is de vaststelling dat er minder BGV’s werden uitgevaardigd. 51 procent van de aangehouden mensen kreeg er een. 23 procent kwam vrij (bijvoorbeeld omdat hun asieldossier nog liep), 12 procent werd opgesloten. Ook daar zit een beleidslogica achter. ‘Vroeger werd bijna automatisch een BGV uitgereikt, nu volgt vaker een zogenaamde bevestiging van BGV.’ Dat kan een technisch detail lijken, maar dat is het niet, legt De Smet uit. ‘Vanuit de EU kwam de vraag om te vermijden dat mensen verschillende BGV’s krijgen zonder dat ze effectief het land verlaten. Dat is slecht voor de terugkeerstatistieken en geeft minstens de indruk van inefficiëntie.’

Een bevestiging van BGV is een juridisch handigheidje. Aangezien ze geen administratieve beslissing is, kun je er niet tegen in beroep gaan. Daarom staat Myria er kritisch tegenover.

3. 60% meer terugdrijvingen

In 2017 waren er 2475 effectieve terugdrijvingen. Dat is meer dan in elk ander jaar van deze regeerperiode. Opgelet: terugdrijvingen zijn geen uitwijzingen pur sang. Ze gaan over mensen die ons land nooit zijn binnengekomen, maar werden tegengehouden op de luchthaven bijvoorbeeld. Terugdrijvingen zijn eenvoudiger uit te voeren dan repatriëringen en bovendien goedkoper, zegt De Smet. ‘Je kunt mensen zonder veel extra documenten of procedures terugsturen en de kosten zijn voor rekening van de vliegtuigmaatschappij.’

De meeste terugdrijvingen waren naar Albanië (678), Marokko (282) en Moldavië (139).

4. 3% minder repatriëringen

Het aantal repatriëringen daalde licht van 4651 in 2016 naar 4503 in 2017, maar blijft nog steeds ruim boven de cijfers van 2015 (4245) en vooral 2014 (3519). Het is interessant om de repatriëringen op te splitsen volgens nationaliteit en type.

Een strenger beleid gaat samen met strengere controles op de eigen werking. Alleen zo kun je ieders rechten waarborgen.

Franu0026#xE7;ois De Smet van Myria

Wat de nationaliteit betreft, stelt Myria vast dat er in 2017 twintig keer meer Sudanezen zijn gerepatrieerd (van 7 naar 138) en vijf keer zoveel Eritreeërs (van 18 naar 96). Het aantal Afghanen is dan weer gehalveerd naar 192. Het hoge aandeel Sudanezen en Eritreeërs kan verbazen. Bij hen ligt de erkenningsgraad voor asiel hoog omdat de mensenrechtenschendingen in hun landen massaal en grootschalig zijn.

Daarom is de tweede opsplitsing belangrijk, verklaart De Smet: ‘Je hebt drie soorten repatriëring. De repatriëring naar het herkomstland, een bilaterale overname of een Dublinoverdracht. Enkel in het eerste geval verwijder je naar het land van herkomst. Bij die laatste twee verwijder je mensen naar het EU-land waar ze een verblijfsrecht hebben of waarlangs ze bijvoorbeeld de EU binnenkwamen.’

Kamerleden Hendrik Vuye en Veerle Wouters spraken eerder in Knack over de ‘pseudorepatriëringen’ waarmee Francken zijn terugkeercijfers ‘pimpt’: ‘Hij verschuift vooral asielzoekers van de ene naar de andere EU-lidstaat’. Van de 138 gerepatrieerde Sudanezen gingen er 125 naar een andere EU-lidstaat en 13 naar Sudan. Bij de Eritreeërs is de verhouding 93 tegen 3.

5. 5% minder terugkeerbesluiten

Een terugkeerbesluit kan om drie redenen afgeleverd worden. Als de verlenging van een verblijfstitel is geweigerd, een vreemdeling niet langer aan de voorwaarden voldoet om op het grondgebied te verblijven of als een vreemdeling in irregulier verblijf wordt aangehouden.

Myria vergelijkt dat cijfer met de daling in BGV na een administratieve aanhouding. Ook hier speelt Europa, in casu het Europees Hof van Justitie, een rol. ‘Mensen met een BGV kunnen toch nog een tijdelijke verblijfsvergunning krijgen, bijvoorbeeld omdat hun aanvraag voor internationale bescherming nog loopt. Wel, het Hof heeft bepaald dat er na die procedure niet langer opnieuw een BGV hoeft te worden afgeleverd. Toen dat wel nog moest, kon je daar telkens opnieuw tegen in beroep gaan. Nu dus niet meer. Ook dat is weer een inperking van de beroepsmiddelen.’

6. 41% minder zelfcontrole

Een van de grootste pijnpunten in het rapport, aldus Myria, zijn de cijfers over de controles die de Algemene Inspectie van de Federale Politie en van de Lokale Politie (AIG) uitvoert bij een gedwongen uitkeer. ‘Voor het eerst sinds 2012 hebben we daar cijfers over gekregen’, zegt De Smet. Die nieuwe transparantie verheugt Myria. De cijfers zelf een pak minder.

Aangezien we niet weten hoeveel mensen er in irregulier verblijf zijn in ons land, weten we ook niet of de pakkans groter is geworden.

Franu0026#xE7;ois De Smet van Myria

In 2017 waren er 103 controles die in totaal betrekking hadden op 282 mensen. Tussen 2013 en 2017 is het aantal controles van de AIG op Brussels Airport met 41 procent gezakt: van 157 per jaar naar 92. ‘Wij spreken ons niet uit over de wenselijkheid van een strenger uitwijzings- of detentiebeleid’, benadrukt De Smet. ‘Maar we zeggen wél dat een strenger beleid samengaat met strengere controles op de eigen werking. Alleen zo kun je ieders rechten waarborgen.’ Dus noemt Myria het problematisch dat het aantal controles systematisch vermindert en vraagt het om extra middelen daarvoor.

7. Hoeveel heeft het detentie- en terugkeerbeleid gekost in 2017?

‘Het kabinet-Francken heeft ons dat niet medegedeeld’, zegt De Smet. Gevraagd naar een reactie verwijst het kabinet naar de DVZ. Daar zeggen ze dat het bedrag ‘moeilijk samen te stellen is’. Hoeveel een gedetineerde mág kosten, is wel bekend. Een forfaitair bedrag – inbegrepen huisvesting, verblijf en gezondheidszorg – wordt elk jaar door de regering vastgelegd. In 2013 was dat 184 euro, in 2017 liep dat door de indexering op tot 192 euro. Voor de goede orde: dat is dus niet het bedrag dat elke gedetineerde elke dag kost, maar het bedrag dat hij of zij mag kosten. ‘Bovendien kan dat geld teruggevraagd worden als de gedetineerde bijvoorbeeld een visum aanvraagt’, zegt De Smet.

In zijn rapport van vorig jaar stipte Myria aan dat het budget voor verwijderingen in de periode 2014-2017 met 35 procent is opgetrokken. Tegelijk, zo benadrukte Myria, werden rechtsbijstand aan vreemdelingen en toegang tot verblijfsprocedures hoogdrempeliger.’ Het bracht Myria tot de bedenking of de tijd niet rijp was om, zoals ten tijde van de Commissies Vermeersch, weer meer aandacht te besteden ‘aan de ethische uitgangspunten waaraan een asiel- en migratiebeleid moet voldoen’.

Meer op Knack.be/myria

Partner Content